Duits
Uitgebreide vertaling voor Fracht (Duits) in het Nederlands
Fracht:
-
die Fracht (Frachtgut; Beladung; Ladung; Befrachtung)
-
die Fracht (Beladung; Befrachtung; Frachtgut; Ladung; Last)
-
die Fracht (Frachtgut; Ladung; Gut)
het vrachtgoed -
die Fracht
-
die Fracht
de vrachtkosten
Vertaal Matrix voor Fracht:
Zelfstandig Naamwoord | Verwante vertalingen | Andere vertalingen |
bevrachting | Befrachtung; Beladung; Fracht; Frachtgut; Ladung | |
cargo | Befrachtung; Beladung; Fracht; Frachtgut; Ladung; Last | |
lading | Befrachtung; Beladung; Fracht; Frachtgut; Ladung; Last | Beladung; Frachtgut; Ladung; elektrische Ladung |
vracht | Befrachtung; Beladung; Fracht; Frachtgut; Ladung; Last | Beladung; Frachtgut; Ladung |
vrachtgoed | Fracht; Frachtgut; Gut; Ladung | |
vrachtkosten | Fracht |