Overzicht
Duits naar Nederlands:   Meer gegevens...
  1. Flügel:
  2. Wiktionary:


Duits

Uitgebreide vertaling voor Flügel (Duits) in het Nederlands

Flügel:

Flügel [der ~] zelfstandig naamwoord

  1. der Flügel
    de vleugel; de wiek; de vlerk
    • vleugel [de ~ (m)] zelfstandig naamwoord
    • wiek [de ~] zelfstandig naamwoord
    • vlerk [de ~ (m)] zelfstandig naamwoord

Flügel [die ~] zelfstandig naamwoord

  1. die Flügel
    de wieken
    • wieken [de ~] zelfstandig naamwoord, mv.
  2. die Flügel (Seitenflügel)
    vleugel van een gebouw

Vertaal Matrix voor Flügel:

Zelfstandig NaamwoordVerwante vertalingenAndere vertalingen
vlerk Flügel Rabauke; Rüpel
vleugel Flügel
vleugel van een gebouw Flügel; Seitenflügel
wiek Flügel
wieken Flügel

Synoniemen voor "Flügel":


Wiktionary: Flügel

Flügel
noun
  1. onderdeel van een altaar-schilderij
  2. lichaamsdeel van een vogel
  3. muziekinstrument
  4. een deel van een leger
  5. een vleugel van een windmolen

Cross Translation:
FromToVia
Flügel vleugel; vleugelpiano grand piano — A piano in which the strings are strung horizontally in a heavy frame shaped like a harp
Flügel vleugel; vlerk; vleder; wiek wing — part of an animal
Flügel vleugel aile — Partie du corps d’un animal
Flügel vleugel aile — Partie d’un avion
Flügel vleugel aile — Partie d’un bâtiment

Verwante vertalingen van Flügel