Overzicht
Duits naar Nederlands:   Meer gegevens...
  1. Feigheit:
  2. Wiktionary:


Duits

Uitgebreide vertaling voor Feigheit (Duits) in het Nederlands

Feigheit:

Feigheit [die ~] zelfstandig naamwoord

  1. die Feigheit (Ängstlichkeit; Feigherzigkeit)
    de lafheid; kleinhartigheid

Vertaal Matrix voor Feigheit:

Zelfstandig NaamwoordVerwante vertalingenAndere vertalingen
kleinhartigheid Feigheit; Feigherzigkeit; Ängstlichkeit
lafheid Feigheit; Feigherzigkeit; Ängstlichkeit

Wiktionary: Feigheit

Feigheit
noun
  1. de neiging keuzes te maken die van weinig moed getuigen

Cross Translation:
FromToVia
Feigheit lafheid cowardice — the lack of courage