Overzicht
Duits naar Nederlands:   Meer gegevens...
  1. Favorit:


Duits

Uitgebreide vertaling voor Favorit (Duits) in het Nederlands

Favorit:

Favorit [der ~] zelfstandig naamwoord

  1. der Favorit (Günstling; Bevorzugte)
    de lieveling; de favoriet; de gunsteling
  2. der Favorit (Bevorzugte)
    de kanshebber; de favoriet
  3. der Favorit
    de favoriet; de bladwijzer
  4. der Favorit
    de favoriet
    • favoriet [de ~ (m)] zelfstandig naamwoord

Vertaal Matrix voor Favorit:

Zelfstandig NaamwoordVerwante vertalingenAndere vertalingen
bladwijzer Favorit Buchzeichen; Lesezeichen; Textmarke
favoriet Bevorzugte; Favorit; Günstling
gunsteling Bevorzugte; Favorit; Günstling
kanshebber Bevorzugte; Favorit
lieveling Bevorzugte; Favorit; Günstling Herzchen; Liebling
Bijvoeglijk NaamwoordVerwante vertalingenAndere vertalingen
favoriet angenehm; beliebt; bevorzugt; gefragt; geliebt; gesucht; gewollt