Fassung in het Nederlands vertaald uit het Duits

Duits

Uitgebreide vertaling voor Fassung (Duits) in het Nederlands

die Fassung (Gestell)
de fitting
- fitting [de ~ (m)] zelfstandig naamwoord
die Fassung (Gestell)
de montuur; het brilmontuur
- montuur [de ~ (v)] zelfstandig naamwoord
- brilmontuur [het ~] zelfstandig naamwoord
die Fassung (Ausgabe; Folge; Version)
de uitgave; de editie; de aflevering
- uitgave [de ~ (m)] zelfstandig naamwoord
- editie [de ~ (v)] zelfstandig naamwoord
- aflevering [de ~ (v)] zelfstandig naamwoord
die Fassung (Fassung eines Juwels)
de zetting; juweel zetting
- zetting [de ~ (v)] zelfstandig naamwoord
- juweel zetting [znw.] zelfstandig naamwoord

Zelfstandig Naamwoord	Verwante vertalingen	Andere vertalingen
aflevering	Ausgabe; Fassung; Folge; Version	Abgeben; Ablieferen; Ablieferung; Auslieferung; Beförderung; Einschickung; Liefern; Lieferung; Sendung; Versand; Versandung; Versendung
brilmontuur	Fassung; Gestell	Brillenfassung; Brillengestell
editie	Ausgabe; Fassung; Folge; Version	Ausgabe; Edition
fitting	Fassung; Gestell
juweel zetting	Fassung; Fassung eines Juwels
montuur	Fassung; Gestell
uitgave	Ausgabe; Fassung; Folge; Version	Auflage; Auflegung; Ausgabe; Bekanntgabe; Bekanntmachung; Druck; Geldausgabe; Last; Meldung; Mitteilung; Spannung; Verlagswesen; Verlautbarung; Veröffentlichung; Zwang
zetting	Fassung; Fassung eines Juwels

Fassung

noun

Fassung

noun

Cross Translation:

From	To	Via
• Fassung	→ vatting; montuur	↔ bezel — the rim and flange which encompasses and fastens a jewel or other object
• Fassung	→ stopcontact; fitting	↔ socket — mechanical opening
• Fassung	→ bestek; uitgebreidheid; grootte; omvang	↔ ampleur — caractère de ce qui est ample.
• Fassung	→ coupe; figuur; postuur; statuur; gestalte; lichaamsbouw; grootte; maat; mate; afmeting; dimensie; bestek; uitgebreidheid; omvang	↔ taille — coupe ; manière dont on couper certaines choses, dont elles tailler.