Overzicht
Duits naar Nederlands:   Meer gegevens...
  1. Fähnchen:


Duits

Uitgebreide vertaling voor Fähnchen (Duits) in het Nederlands

Fähnchen:

Fähnchen [das ~] zelfstandig naamwoord

  1. Fähnchen (Fahne; Flagge; Banner; Standarte; Wimpel)
    het vlaggetje; het vaantje
  2. Fähnchen (Wimpel; Banner; Fahne; Flagge; Standarte)
    de wimpel
    • wimpel [de ~ (m)] zelfstandig naamwoord

Vertaal Matrix voor Fähnchen:

Zelfstandig NaamwoordVerwante vertalingenAndere vertalingen
vaantje Banner; Fahne; Flagge; Fähnchen; Standarte; Wimpel
vlaggetje Banner; Fahne; Flagge; Fähnchen; Standarte; Wimpel
wimpel Banner; Fahne; Flagge; Fähnchen; Standarte; Wimpel

Synoniemen voor "Fähnchen":