Overzicht
Duits naar Nederlands: Meer gegevens...
- Erwartung:
-
Wiktionary:
- Erwartung → verwachting
- Erwartung → afwachting, verwachting
Duits
Uitgebreide vertaling voor Erwartung (Duits) in het Nederlands
Erwartung:
-
die Erwartung (Erwarten)
Vertaal Matrix voor Erwartung:
Zelfstandig Naamwoord | Verwante vertalingen | Andere vertalingen |
afwachting | Erwarten; Erwartung | |
hoop | Erwarten; Erwartung | Anhäufung; Ansammlung; Aufhäufung; Berg; Haufen; Horde; Häufung; Klumpen; Kot; Masse; Menge; Schar; Scheiße; Stapel; Stoß; Truppe; Zusammenrottung; große Masse |
verwachting | Erwarten; Erwartung | Schwangerschaften |
Synoniemen voor "Erwartung":
Wiktionary: Erwartung
Erwartung
Cross Translation:
noun
-
datgene wat verwacht wordt
Cross Translation:
From | To | Via |
---|---|---|
• Erwartung | → afwachting; verwachting | ↔ expectation — act or state of expecting |
• Erwartung | → verwachting | ↔ expectation — that which is expected or looked for |
• Erwartung | → afwachting; verwachting | ↔ attente — Traductions à trier suivant le sens |