Eintracht in het Nederlands vertaald uit het Duits

Remove Ads

Overzicht

Duits naar Nederlands: Meer gegevens...

Eintracht:
- eensgezindheid; harmonie; eendrachtigheid; eendracht; saamhorigheid; verbondenheid; solidariteit; eenzelvigheid; uniformiteit

Duits

Uitgebreide vertaling voor Eintracht (Duits) in het Nederlands

Eintracht:

Eintracht [die ~] zelfstandig naamwoord

die Eintracht (Einstimmigkeit; Einigkeit; Einverständnis; Solidarität; Gleichförmigkeit; Einmütigkeit; Verträglichkeit; Geschlossenheit; Einhelligkeit; Übereinstimming)
de eensgezindheid; de harmonie; de eendrachtigheid; de eendracht
- eensgezindheid [de ~ (v)] zelfstandig naamwoord
- harmonie [de ~ (v)] zelfstandig naamwoord
- eendrachtigheid [de ~ (v)] zelfstandig naamwoord
- eendracht [de ~] zelfstandig naamwoord
die Eintracht (Zusammengehörigkeit; Solidarität; Einigkeit)
de saamhorigheid; de verbondenheid; de solidariteit; de eensgezindheid
- saamhorigheid [de ~ (v)] zelfstandig naamwoord
- verbondenheid [de ~ (v)] zelfstandig naamwoord
- solidariteit [de ~ (v)] zelfstandig naamwoord
- eensgezindheid [de ~ (v)] zelfstandig naamwoord
die Eintracht (Solidarität)
de eensgezindheid; de saamhorigheid; de eendrachtigheid
- eensgezindheid [de ~ (v)] zelfstandig naamwoord
- saamhorigheid [de ~ (v)] zelfstandig naamwoord
- eendrachtigheid [de ~ (v)] zelfstandig naamwoord
die Eintracht (Einheitlichkeit; Einheit; Einigkeit; Einhelligkeit; Uniformität)
de eenzelvigheid; de uniformiteit
- eenzelvigheid [de ~ (v)] zelfstandig naamwoord
- uniformiteit [de ~ (v)] zelfstandig naamwoord

Vertaal Matrix voor Eintracht:

Zelfstandig Naamwoord	Verwante vertalingen	Andere vertalingen
eendracht	Einhelligkeit; Einigkeit; Einmütigkeit; Einstimmigkeit; Eintracht; Einverständnis; Geschlossenheit; Gleichförmigkeit; Solidarität; Verträglichkeit; Übereinstimming
eendrachtigheid	Einhelligkeit; Einigkeit; Einmütigkeit; Einstimmigkeit; Eintracht; Einverständnis; Geschlossenheit; Gleichförmigkeit; Solidarität; Verträglichkeit; Übereinstimming
eensgezindheid	Einhelligkeit; Einigkeit; Einmütigkeit; Einstimmigkeit; Eintracht; Einverständnis; Geschlossenheit; Gleichförmigkeit; Solidarität; Verträglichkeit; Zusammengehörigkeit; Übereinstimming	Einhelligkeit; Einmütigkeit; Einstimmigkeit
eenzelvigheid	Einheit; Einheitlichkeit; Einhelligkeit; Einigkeit; Eintracht; Uniformität
harmonie	Einhelligkeit; Einigkeit; Einmütigkeit; Einstimmigkeit; Eintracht; Einverständnis; Geschlossenheit; Gleichförmigkeit; Solidarität; Verträglichkeit; Übereinstimming	Ausgeglichenheit; Balance; Band; Blaskapelle; Einmütigkeit; Fanfare; Gleichgewicht; Gleichgewichtzustand; Harmonie; Spielmannszug; Zusammenklang
saamhorigheid	Einigkeit; Eintracht; Solidarität; Zusammengehörigkeit
solidariteit	Einigkeit; Eintracht; Solidarität; Zusammengehörigkeit	Solidarität; Zusammengehörigkeit
uniformiteit	Einheit; Einheitlichkeit; Einhelligkeit; Einigkeit; Eintracht; Uniformität	Einerlei; Einheit; Einheitlichkeit; Einhelligkeit; Eintönigkeit; Gleichartigkeit; Gleichförmigkeit; Homogenität; Uniformität; Ähnlichkeit
verbondenheid	Einigkeit; Eintracht; Solidarität; Zusammengehörigkeit	Schicksalsverbundenheit; Verbundenheit

Synoniemen voor "Eintracht":

Einheit; Einigkeit; Einssein; Friede-Freude-Eierkuchen; Harmonie; Übereinstimmung
Einhelligkeit; Einklang; Einmütigkeit; Einstimmigkeit; Einvernehmen; Gleichgestimmtheit; Konformität; Konsens; Konsensus

Computer vertaling door derden:

Remove Ads

Vertaal Eintracht van Duits naar Nederlands

Uitgebreide vertaling voor Eintracht (Duits) in het Nederlands

Eintracht:

Eintracht [die ~] zelfstandig naamwoord

die Eintracht (Einstimmigkeit; Einigkeit; Einverständnis; Solidarität; Gleichförmigkeit; Einmütigkeit; Verträglichkeit; Geschlossenheit; Einhelligkeit; Übereinstimming)

die Eintracht (Zusammengehörigkeit; Solidarität; Einigkeit)

die Eintracht (Solidarität)

die Eintracht (Einheitlichkeit; Einheit; Einigkeit; Einhelligkeit; Uniformität)

Vertaal Matrix voor Eintracht:

Synoniemen voor "Eintracht":