Overzicht
Duits naar Nederlands:   Meer gegevens...
  1. Borke:
  2. Wiktionary:


Duits

Uitgebreide vertaling voor Borke (Duits) in het Nederlands

Borke:

Borke [die ~] zelfstandig naamwoord

  1. die Borke (Bast; Rinde; Schale)
    de schors; de bast
    • schors [de ~] zelfstandig naamwoord
    • bast [de ~ (m)] zelfstandig naamwoord
  2. die Borke (Kruste; Schorf)
    het korstje
    • korstje [het ~] zelfstandig naamwoord
  3. die Borke (Kruste; Schorf)
    de korst; wondkorst; de roof
    • korst [de ~] zelfstandig naamwoord
    • wondkorst [znw.] zelfstandig naamwoord
    • roof [de ~ (m)] zelfstandig naamwoord
  4. die Borke
    de schors; het stukje schors

Vertaal Matrix voor Borke:

Zelfstandig NaamwoordVerwante vertalingenAndere vertalingen
bast Bast; Borke; Rinde; Schale
korst Borke; Kruste; Schorf
korstje Borke; Kruste; Schorf
roof Borke; Kruste; Schorf Plünderung; Raub
schors Bast; Borke; Rinde; Schale
stukje schors Borke
wondkorst Borke; Kruste; Schorf

Synoniemen voor "Borke":


Wiktionary: Borke


Cross Translation:
FromToVia
Borke schors; bast bark — exterior covering of a tree
Borke dop; schaal; schil; schors coqueenveloppe extérieure de l’œuf.
Borke dop; schaal; schil; schors; boomschors écorce — Partie superficielle et protectrice des arbres et des végétaux