Overzicht
Duits naar Nederlands:   Meer gegevens...
  1. Blitze:


Duits

Uitgebreide vertaling voor Blitze (Duits) in het Nederlands

Blitze:

Blitze [die ~] zelfstandig naamwoord

  1. die Blitze
    de bliksemslagen

Blitze [der ~] zelfstandig naamwoord

  1. der Blitze (Wetterleuchten)
    de bliksems; het weerlichten

Vertaal Matrix voor Blitze:

Zelfstandig NaamwoordVerwante vertalingenAndere vertalingen
bliksems Blitze; Wetterleuchten
bliksemslagen Blitze
weerlichten Blitze; Wetterleuchten
WerkwoordVerwante vertalingenAndere vertalingen
weerlichten aufleuchten; blitzen; leuchten
Bijvoeglijk NaamwoordVerwante vertalingenAndere vertalingen
bliksems entsetzlich; furchtbar; fürchterlich; gewaltig; grauenerregend; grausig; gräßlich; jammervoll; mörderisch; schauderhaft; scheußlich; schrecken erregend; schrecklich; schändlich; teuflisch; tierisch; verteufelt