Overzicht
Duits naar Nederlands:   Meer gegevens...
  1. Bewachung:
  2. Wiktionary:


Duits

Uitgebreide vertaling voor Bewachung (Duits) in het Nederlands

Bewachung:

Bewachung [die ~] zelfstandig naamwoord

  1. die Bewachung (Beaufsichtigung; Kontrolle)
    de bewaking; de controle; de surveillance; de hoede

Vertaal Matrix voor Bewachung:

Zelfstandig NaamwoordVerwante vertalingenAndere vertalingen
bewaking Beaufsichtigung; Bewachung; Kontrolle Administration; Kontrolle; Verwaltung
controle Beaufsichtigung; Bewachung; Kontrolle Administration; Beherschung; Besichtigung; Inspektion; Kartenkontrolle; Kontrolle; Musterung; Prüfung; Selbstbeherschung; Untersuchung; Verwaltung; Überprüfung
hoede Beaufsichtigung; Bewachung; Kontrolle Administration; Kontrolle; Verwaltung
surveillance Beaufsichtigung; Bewachung; Kontrolle
BijwoordVerwante vertalingenAndere vertalingen
hoede aufmerksam; bedacht; bedachtsam; behutsam; besonnen; umsichtig; vorsichtig; wachsam

Wiktionary: Bewachung


Cross Translation:
FromToVia
Bewachung bescherming; behoud; bewaring; handhaving; bewaarder; bewaker; hoeder; wacht; wachter garde — Traductions à trier suivant le sens