Overzicht
Duits naar Nederlands: Meer gegevens...
-
Bereich:
- range; bereik; reikwijdte; verspreidingsgebied; draagwijdte; provincie; gebied; gewest; rayon; ressort; zone; terrein; gordel; territorium; streek; sector; perceel; kavel; bouwterrein; district; gebiedsdeel; rechtsgebied; rijksonderdeel; realm; scope; band; deelvenster; zoekbereik; navigatieplaats; regio; cacheregio
- Wiktionary:
Duits
Uitgebreide vertaling voor Bereich (Duits) in het Nederlands
Bereich:
-
der Bereich (Reichweite)
-
der Bereich (Gebiet; Region; Bezirk)
-
der Bereich (Zone; Gebiet; Gelände; Bezirk; Fläche; Gegend; Region)
-
der Bereich (Sektor)
-
der Bereich (Kavelung; Parzelle; Grundstück; Gebiet; Fläche; Gelände; Einsatz; Ebene; Häuser; Baustelle; Baugelände; Haus; Posten; Bauland; Gebäude; Einsätze)
-
der Bereich (Bezirk; Gebiet; Viertel; Stadtteil; Stadtbezirk)
-
der Bereich (Gebietsteil; Zone; Region; Gebiet; Bezirk; Revier; Territorium)
het gebiedsdeel -
der Bereich (Provinz; Bezirk; Region; Rechtsgebiet; Ort; Landstrich; Gebiet; Gegend; Zone)
-
der Bereich
-
der Bereich
-
der Bereich
-
der Bereich
-
der Bereich
-
der Bereich (Fensterbereich)
-
der Bereich (Suchbereich)
-
der Bereich (Navigationsort)
-
der Bereich (Cachebereich)
Vertaal Matrix voor Bereich:
Synoniemen voor "Bereich":
Wiktionary: Bereich
Cross Translation:
From | To | Via |
---|---|---|
• Bereich | → terrein; gebied; vakgebied; vak | ↔ field — course of study or domain of knowledge or practice |
• Bereich | → bereik | ↔ purview — range of understanding |
• Bereich | → omgeving; bereik; sfeer | ↔ sphere — region in which something or someone is active |
• Bereich | → bestek; uitgebreidheid; grootte; omvang | ↔ ampleur — caractère de ce qui est ample. |
• Bereich | → afdeling; geleding; sectie; tak | ↔ branche — Traductions à trier suivant le sens |
• Bereich | → gebied; gewest; regio; streek; landstreek; land | ↔ contrée — géographie|fr certain étendue de pays. |
• Bereich | → gebied; gewest; regio; streek; landstreek | ↔ région — toponymie|fr Vaste territoire ; étendue de pays. |
• Bereich | → coupe; figuur; postuur; statuur; gestalte; lichaamsbouw; grootte; maat; mate; afmeting; dimensie; bestek; uitgebreidheid; omvang | ↔ taille — coupe ; manière dont on couper certaines choses, dont elles tailler. |
Computer vertaling door derden: