Bekanntgabe in het Nederlands vertaald uit het Duits

Remove Ads

Overzicht

Duits naar Nederlands: Meer gegevens...

Duits

Uitgebreide vertaling voor Bekanntgabe (Duits) in het Nederlands

Bekanntgabe:

Bekanntgabe [die ~] zelfstandig naamwoord

die Bekanntgabe (Mitteilung; Erklärung; Anzeige; Meldung; Aussage; Darlegung; Bericht; Anzeigen; Information; Ausspruch; Aussprache)
de toelichting; het statement; de mededeling; de verklaring; de declaratie; de bevestiging; de aangifte; de bewering; de opheldering; de uitlegging
- toelichting [de ~ (v)] zelfstandig naamwoord
- statement [het ~] zelfstandig naamwoord
- mededeling [de ~ (v)] zelfstandig naamwoord
- verklaring [de ~ (v)] zelfstandig naamwoord
- declaratie [de ~ (v)] zelfstandig naamwoord
- bevestiging [de ~ (v)] zelfstandig naamwoord
- aangifte [de ~ (v)] zelfstandig naamwoord
- bewering [de ~ (v)] zelfstandig naamwoord
- opheldering [de ~ (v)] zelfstandig naamwoord
- uitlegging [de ~ (v)] zelfstandig naamwoord
die Bekanntgabe (Mitteilung; Meldung; Erwähnung; Bericht; Botschaft; Verzeichnung; Ansprache; Verlautbarung; Bekanntmachung)
de mededeling; de boodschap; het bericht; de vermelding; de uitspraak; de opgave; gewag; de melding; de verwittiging; de tijding; de bekendmaking; het relaas
- mededeling [de ~ (v)] zelfstandig naamwoord
- boodschap [de ~ (v)] zelfstandig naamwoord
- bericht [het ~] zelfstandig naamwoord
- vermelding [de ~ (v)] zelfstandig naamwoord
- uitspraak [de ~] zelfstandig naamwoord
- opgave [de ~] zelfstandig naamwoord
- gewag [znw.] zelfstandig naamwoord
- melding [de ~ (v)] zelfstandig naamwoord
- verwittiging [de ~ (v)] zelfstandig naamwoord
- tijding [de ~ (v)] zelfstandig naamwoord
- bekendmaking [de ~ (v)] zelfstandig naamwoord
- relaas [het ~] zelfstandig naamwoord
die Bekanntgabe (Bekanntmachung; Information; Benachrichtigung)
de informatie; de kennisgeving; de convocatie; de mededeling; de verwittiging
- informatie [de ~ (v)] zelfstandig naamwoord
- kennisgeving [de ~ (v)] zelfstandig naamwoord
- convocatie [de ~ (v)] zelfstandig naamwoord
- mededeling [de ~ (v)] zelfstandig naamwoord
- verwittiging [de ~ (v)] zelfstandig naamwoord
die Bekanntgabe (Bekanntmachung; Publikation; Veröffentlichung; Offenbarung; Proklamation)
de bekendmaking; de publicatie; de proclamatie; de afkondiging; de openbaarmaking; openbare publicatie
- bekendmaking [de ~ (v)] zelfstandig naamwoord
- publicatie [de ~ (v)] zelfstandig naamwoord
- proclamatie [de ~ (v)] zelfstandig naamwoord
- afkondiging [de ~ (v)] zelfstandig naamwoord
- openbaarmaking [de ~ (v)] zelfstandig naamwoord
- openbare publicatie [znw.] zelfstandig naamwoord
die Bekanntgabe (Verlautbarung; Ankündigung; Kundgebung; Veröffentlichung; Bekanntmachung; Ausrufung; Verkündigung; Ausruf)
de bekendmaking; de proclamatie; de melding; de aankondiging; de kennisgeving; de afkondiging; de verkondiging; de mededeling
- bekendmaking [de ~ (v)] zelfstandig naamwoord
- proclamatie [de ~ (v)] zelfstandig naamwoord
- melding [de ~ (v)] zelfstandig naamwoord
- aankondiging [de ~ (v)] zelfstandig naamwoord
- kennisgeving [de ~ (v)] zelfstandig naamwoord
- afkondiging [de ~ (v)] zelfstandig naamwoord
- verkondiging [de ~ (v)] zelfstandig naamwoord
- mededeling [de ~ (v)] zelfstandig naamwoord
die Bekanntgabe (Veröffentlichung; Mitteilung; Verlautbarung; Bekanntmachung; Meldung)
de publicatie; openbare publicatie; de uitgave; publikatie; de uitgifte
- publicatie [de ~ (v)] zelfstandig naamwoord
- openbare publicatie [znw.] zelfstandig naamwoord
- uitgave [de ~ (m)] zelfstandig naamwoord
- publikatie [znw.] zelfstandig naamwoord
- uitgifte [de ~ (v)] zelfstandig naamwoord
die Bekanntgabe (Bekanntmachung; Verlautbarung; Ruchbarkeit; Mitteilung; Meldung)
de ruchtbaarheid
- ruchtbaarheid [de ~ (v)] zelfstandig naamwoord
die Bekanntgabe (Äußerung; Erklärung; Mitteilung; Information)
de uiting
- uiting [de ~ (v)] zelfstandig naamwoord
die Bekanntgabe (Verdeutlichung; Erklärung; Erläuterung; Aufklärung; Information; Auskunft; Auslegung; Instruktion; Aussage; Darlegung; Nachricht; Aufschluß; Erörterung; Begründung; Mitteilung; Deutung; Aussprache; Interpretation; Bekanntmachung)
de verduidelijking; de uitleg; de opheldering; de toelichting; de verklaring; de uiteenzetting
- verduidelijking [de ~ (v)] zelfstandig naamwoord
- uitleg [de ~ (m)] zelfstandig naamwoord
- opheldering [de ~ (v)] zelfstandig naamwoord
- toelichting [de ~ (v)] zelfstandig naamwoord
- verklaring [de ~ (v)] zelfstandig naamwoord
- uiteenzetting [de ~ (v)] zelfstandig naamwoord

Vertaal Matrix voor Bekanntgabe:

Zelfstandig Naamwoord	Verwante vertalingen	Andere vertalingen
aangifte	Anzeige; Anzeigen; Aussage; Aussprache; Ausspruch; Bekanntgabe; Bericht; Darlegung; Erklärung; Information; Meldung; Mitteilung	Angabe; Anzeige; Meldung; Zollerklärung
aankondiging	Ankündigung; Ausruf; Ausrufung; Bekanntgabe; Bekanntmachung; Kundgebung; Verkündigung; Verlautbarung; Veröffentlichung	Ankündigung; Annonce; Annoncieren; Anzeige; Benachrichtigung; Bericht; Inserat; Meldung; Mitteilung; Nachricht
afkondiging	Ankündigung; Ausruf; Ausrufung; Bekanntgabe; Bekanntmachung; Kundgebung; Offenbarung; Proklamation; Publikation; Verkündigung; Verlautbarung; Veröffentlichung	Bekanntmachung; Beschluß; Dekret; Erlaß; Verfügung; Verordnung
bekendmaking	Ankündigung; Ansprache; Ausruf; Ausrufung; Bekanntgabe; Bekanntmachung; Bericht; Botschaft; Erwähnung; Kundgebung; Meldung; Mitteilung; Offenbarung; Proklamation; Publikation; Verkündigung; Verlautbarung; Verzeichnung; Veröffentlichung	Aushang
bericht	Ansprache; Bekanntgabe; Bekanntmachung; Bericht; Botschaft; Erwähnung; Meldung; Mitteilung; Verlautbarung; Verzeichnung	Ankündigung; Artikel; Beitrag; Benachrichtigung; Bericht; Blatt; Dokument; Illustrierte; Journal; Lesung; Magazin; Meldung; Mitteilung; Monatsheft; Monatsschrift; Nachricht; Neuigkeit; Referat; Vorlesung; Vortrag; Wochenblatt; Zeitschrift
bevestiging	Anzeige; Anzeigen; Aussage; Aussprache; Ausspruch; Bekanntgabe; Bericht; Darlegung; Erklärung; Information; Meldung; Mitteilung	Befestigung; Beglaubigung; Bekräftigung; Bestätigung; Fest machen; Festmachung; Konsolidierung
bewering	Anzeige; Anzeigen; Aussage; Aussprache; Ausspruch; Bekanntgabe; Bericht; Darlegung; Erklärung; Information; Meldung; Mitteilung	Aufstellung; Behauptung; Feststellung; Stellungnahme; These
boodschap	Ansprache; Bekanntgabe; Bekanntmachung; Bericht; Botschaft; Erwähnung; Meldung; Mitteilung; Verlautbarung; Verzeichnung	ankauf
convocatie	Bekanntgabe; Bekanntmachung; Benachrichtigung; Information	Ankündigung; Aufforderung; Aufruf; Ausrufen; Bekanntmachung; Kundgebung; Verkündigung
declaratie	Anzeige; Anzeigen; Aussage; Aussprache; Ausspruch; Bekanntgabe; Bericht; Darlegung; Erklärung; Information; Meldung; Mitteilung	Angabe; Anzeige; Deklaration; Meldung; Reisekostenausweis; Spesenrechnung; Unkostenrechnung; Zollerklärung
gewag	Ansprache; Bekanntgabe; Bekanntmachung; Bericht; Botschaft; Erwähnung; Meldung; Mitteilung; Verlautbarung; Verzeichnung
informatie	Bekanntgabe; Bekanntmachung; Benachrichtigung; Information	Auskunft; Information; Informationen; Mitteilung; Nachricht; Wissensvermittlung
kennisgeving	Ankündigung; Ausruf; Ausrufung; Bekanntgabe; Bekanntmachung; Benachrichtigung; Information; Kundgebung; Verkündigung; Verlautbarung; Veröffentlichung	Ankündigen; Ankündigung; Ansagen; Bekanntmachung; Hinweis; Kundgebung; Schreiben; Verkündigung; schriftliche Aufforderung
mededeling	Ankündigung; Ansprache; Anzeige; Anzeigen; Ausruf; Ausrufung; Aussage; Aussprache; Ausspruch; Bekanntgabe; Bekanntmachung; Benachrichtigung; Bericht; Botschaft; Darlegung; Erklärung; Erwähnung; Information; Kundgebung; Meldung; Mitteilung; Verkündigung; Verlautbarung; Verzeichnung; Veröffentlichung	Ankündigung; Bekanntmachung; Kundgebung; Verkündigung
melding	Ankündigung; Ansprache; Ausruf; Ausrufung; Bekanntgabe; Bekanntmachung; Bericht; Botschaft; Erwähnung; Kundgebung; Meldung; Mitteilung; Verkündigung; Verlautbarung; Verzeichnung; Veröffentlichung	Angabe; Ankündigung; Anzeige; Benachrichtigung; Bericht; Meldung; Mitteilung; Nachricht; Warnung; Zollerklärung
openbaarmaking	Bekanntgabe; Bekanntmachung; Offenbarung; Proklamation; Publikation; Veröffentlichung	Bekanntmachung; Verlautbarung; Veröffentlichung
openbare publicatie	Bekanntgabe; Bekanntmachung; Meldung; Mitteilung; Offenbarung; Proklamation; Publikation; Verlautbarung; Veröffentlichung	Bekanntmachung; Verlautbarung; Veröffentlichung
opgave	Ansprache; Bekanntgabe; Bekanntmachung; Bericht; Botschaft; Erwähnung; Meldung; Mitteilung; Verlautbarung; Verzeichnung	Anmeldung; Aufführung; Aufgabe; Aufstellung; Aufzählung; Buchung; Eintragung; Liste; Resignation; Tabelle; Verzeichnis; Übungsaufgabe
opheldering	Anzeige; Anzeigen; Aufklärung; Aufschluß; Auskunft; Auslegung; Aussage; Aussprache; Ausspruch; Begründung; Bekanntgabe; Bekanntmachung; Bericht; Darlegung; Deutung; Erklärung; Erläuterung; Erörterung; Information; Instruktion; Interpretation; Meldung; Mitteilung; Nachricht; Verdeutlichung
proclamatie	Ankündigung; Ausruf; Ausrufung; Bekanntgabe; Bekanntmachung; Kundgebung; Offenbarung; Proklamation; Publikation; Verkündigung; Verlautbarung; Veröffentlichung
publicatie	Bekanntgabe; Bekanntmachung; Meldung; Mitteilung; Offenbarung; Proklamation; Publikation; Verlautbarung; Veröffentlichung	Bekanntmachung; Publikation; Verlautbarung; Veröffentlichung
publikatie	Bekanntgabe; Bekanntmachung; Meldung; Mitteilung; Verlautbarung; Veröffentlichung
relaas	Ansprache; Bekanntgabe; Bekanntmachung; Bericht; Botschaft; Erwähnung; Meldung; Mitteilung; Verlautbarung; Verzeichnung	Erzählung; Geschichte; Legende; Überlieferung
ruchtbaarheid	Bekanntgabe; Bekanntmachung; Meldung; Mitteilung; Ruchbarkeit; Verlautbarung
statement	Anzeige; Anzeigen; Aussage; Aussprache; Ausspruch; Bekanntgabe; Bericht; Darlegung; Erklärung; Information; Meldung; Mitteilung
tijding	Ansprache; Bekanntgabe; Bekanntmachung; Bericht; Botschaft; Erwähnung; Meldung; Mitteilung; Verlautbarung; Verzeichnung	Bericht; Meldung; Nachricht; Neuigkeit
toelichting	Anzeige; Anzeigen; Aufklärung; Aufschluß; Auskunft; Auslegung; Aussage; Aussprache; Ausspruch; Begründung; Bekanntgabe; Bekanntmachung; Bericht; Darlegung; Deutung; Erklärung; Erläuterung; Erörterung; Information; Instruktion; Interpretation; Meldung; Mitteilung; Nachricht; Verdeutlichung	Anlage; Beilage; Kommentar; Meinungsbericht; Reportage; genauere Auslegung
uiteenzetting	Aufklärung; Aufschluß; Auskunft; Auslegung; Aussage; Aussprache; Begründung; Bekanntgabe; Bekanntmachung; Darlegung; Deutung; Erklärung; Erläuterung; Erörterung; Information; Instruktion; Interpretation; Mitteilung; Nachricht; Verdeutlichung
uitgave	Bekanntgabe; Bekanntmachung; Meldung; Mitteilung; Verlautbarung; Veröffentlichung	Auflage; Auflegung; Ausgabe; Druck; Fassung; Folge; Geldausgabe; Last; Spannung; Verlagswesen; Version; Zwang
uitgifte	Bekanntgabe; Bekanntmachung; Meldung; Mitteilung; Verlautbarung; Veröffentlichung	Abgang; Ausgabe; Distribution; Emission; Erteilung; Herausgabe
uiting	Bekanntgabe; Erklärung; Information; Mitteilung; Äußerung
uitleg	Aufklärung; Aufschluß; Auskunft; Auslegung; Aussage; Aussprache; Begründung; Bekanntgabe; Bekanntmachung; Darlegung; Deutung; Erklärung; Erläuterung; Erörterung; Information; Instruktion; Interpretation; Mitteilung; Nachricht; Verdeutlichung	Briefing; Deutung; Erklärung; Gebrauchsanweisung; erklärende Auslegung
uitlegging	Anzeige; Anzeigen; Aussage; Aussprache; Ausspruch; Bekanntgabe; Bericht; Darlegung; Erklärung; Information; Meldung; Mitteilung	Verbreitung
uitspraak	Ansprache; Bekanntgabe; Bekanntmachung; Bericht; Botschaft; Erwähnung; Meldung; Mitteilung; Verlautbarung; Verzeichnung	Artikulation; Aussprache; Ausspruch; Aüsserung; Beschluß; Entscheidung; Entschluß; Formulierung; Mitteilung; Urteil; Urteilsspruch; Urteilsverkündung; Zeugenaussage; Äußerung
verduidelijking	Aufklärung; Aufschluß; Auskunft; Auslegung; Aussage; Aussprache; Begründung; Bekanntgabe; Bekanntmachung; Darlegung; Deutung; Erklärung; Erläuterung; Erörterung; Information; Instruktion; Interpretation; Mitteilung; Nachricht; Verdeutlichung
verklaring	Anzeige; Anzeigen; Aufklärung; Aufschluß; Auskunft; Auslegung; Aussage; Aussprache; Ausspruch; Begründung; Bekanntgabe; Bekanntmachung; Bericht; Darlegung; Deutung; Erklärung; Erläuterung; Erörterung; Information; Instruktion; Interpretation; Meldung; Mitteilung; Nachricht; Verdeutlichung	Angabe; Anzeige; Deutung; Erklärung; Meldung; Strafmandat; Zeugenaussage; Zeugnis; Zollerklärung; erklärende Auslegung
verkondiging	Ankündigung; Ausruf; Ausrufung; Bekanntgabe; Bekanntmachung; Kundgebung; Verkündigung; Verlautbarung; Veröffentlichung
vermelding	Ansprache; Bekanntgabe; Bekanntmachung; Bericht; Botschaft; Erwähnung; Meldung; Mitteilung; Verlautbarung; Verzeichnung	Eintrag
verwittiging	Ansprache; Bekanntgabe; Bekanntmachung; Benachrichtigung; Bericht; Botschaft; Erwähnung; Information; Meldung; Mitteilung; Verlautbarung; Verzeichnung	Ankündigung; Bekanntmachung; Kundgebung; Verkündigung

Synoniemen voor "Bekanntgabe":

Kundgabe; Publikation; Veröffentlichung; Aktion; Handlung; Operation; Tat
Ankündigung; Bekanntmachung; Mitteilung; Notifikation; Offenlegung

Remove Ads

Vertaal Bekanntgabe van Duits naar Nederlands

Uitgebreide vertaling voor Bekanntgabe (Duits) in het Nederlands

Bekanntgabe:

Bekanntgabe [die ~] zelfstandig naamwoord

die Bekanntgabe (Mitteilung; Erklärung; Anzeige; Meldung; Aussage; Darlegung; Bericht; Anzeigen; Information; Ausspruch; Aussprache)

die Bekanntgabe (Mitteilung; Meldung; Erwähnung; Bericht; Botschaft; Verzeichnung; Ansprache; Verlautbarung; Bekanntmachung)

die Bekanntgabe (Bekanntmachung; Information; Benachrichtigung)

die Bekanntgabe (Bekanntmachung; Publikation; Veröffentlichung; Offenbarung; Proklamation)

die Bekanntgabe (Verlautbarung; Ankündigung; Kundgebung; Veröffentlichung; Bekanntmachung; Ausrufung; Verkündigung; Ausruf)

die Bekanntgabe (Veröffentlichung; Mitteilung; Verlautbarung; Bekanntmachung; Meldung)

die Bekanntgabe (Bekanntmachung; Verlautbarung; Ruchbarkeit; Mitteilung; Meldung)

die Bekanntgabe (Äußerung; Erklärung; Mitteilung; Information)

die Bekanntgabe (Verdeutlichung; Erklärung; Erläuterung; Aufklärung; Information; Auskunft; Auslegung; Instruktion; Aussage; Darlegung; Nachricht; Aufschluß; Erörterung; Begründung; Mitteilung; Deutung; Aussprache; Interpretation; Bekanntmachung)

Vertaal Matrix voor Bekanntgabe:

Synoniemen voor "Bekanntgabe":