Duits
Uitgebreide vertaling voor Bausch (Duits) in het Nederlands
Bausch:
-
der Bausch (Garbe; Bund; Busch; Bündel; Büschel)
-
der Bausch (kleine und dicke Person; Pfropf; Fettsack; Dickwanst; Kugel; Dreckskerl; Dickerchen; Fettsäcke)
Vertaal Matrix voor Bausch:
Computer vertaling door derden: