Duits

Uitgebreide vertaling voor Auszug (Duits) in het Nederlands

Auszug:

Auszug [der ~] zelfstandig naamwoord

  1. der Auszug (Zusammenfassung; Resümee)
    de samenvatting; het resumé; het uittreksel; het extract; het excerpt
  2. der Auszug (Strassenkarte; Umrißzeichnung; Lageplan; )
    de plattegrond; het grondplan; de stadskaart
  3. der Auszug (Exodus)
    de exodus; de uittocht
    • exodus [de ~ (m)] zelfstandig naamwoord
    • uittocht [de ~ (m)] zelfstandig naamwoord
  4. der Auszug
    het overzicht; het rekeningoverzicht

Vertaal Matrix voor Auszug:

Zelfstandig NaamwoordVerwante vertalingenAndere vertalingen
excerpt Auszug; Resümee; Zusammenfassung
exodus Auszug; Exodus Auslauf; Leerlauf
extract Auszug; Resümee; Zusammenfassung
grondplan Abriß; Aufriß; Auszug; Extrakt; Grundriß; Lageplan; Lageskizze; Skizze; Strassenkarte; Umrißzeichnung
overzicht Auszug Aufführung; Aufstellung; Aufzählung; Gesamtansicht; Gesamtbild; Gliederung; Liste; Tabelle; Verzeichnis; Übersehen; Übersicht
plattegrond Abriß; Aufriß; Auszug; Extrakt; Grundriß; Lageplan; Lageskizze; Skizze; Strassenkarte; Umrißzeichnung Grundriss; Karte; Wegbeschreibung
rekeningoverzicht Auszug Kontoauszug
resumé Auszug; Resümee; Zusammenfassung Lebenslauf
samenvatting Auszug; Resümee; Zusammenfassung Zusammenfassung
stadskaart Abriß; Aufriß; Auszug; Extrakt; Grundriß; Lageplan; Lageskizze; Skizze; Strassenkarte; Umrißzeichnung
uittocht Auszug; Exodus
uittreksel Auszug; Resümee; Zusammenfassung

Synoniemen voor "Auszug":


Wiktionary: Auszug


Cross Translation:
FromToVia
Auszug uittreksel abridgment — shortened version.
Auszug samenvatting; korte inhoud abstract — an abrigement or summary
Auszug fragment, passage excerpt — a clip, snippet, passage or extract from a larger work

Verwante vertalingen van Auszug