Overzicht
Duits naar Nederlands:   Meer gegevens...
  1. Auszubildende:


Duits

Uitgebreide vertaling voor Auszubildende (Duits) in het Nederlands

Auszubildende:

Auszubildende [der ~] zelfstandig naamwoord

  1. der Auszubildende (Lehrling; Lehrjunge)
    de leerjongen; de kwekeling

Vertaal Matrix voor Auszubildende:

Zelfstandig NaamwoordVerwante vertalingenAndere vertalingen
kwekeling Auszubildende; Lehrjunge; Lehrling
leerjongen Auszubildende; Lehrjunge; Lehrling Auszubildender