Duits
Uitgebreide vertaling voor Auskleiden (Duits) in het Nederlands
Auskleiden:
-
Auskleiden (Entkleiden; Ausnehmen)
Vertaal Matrix voor Auskleiden:
Zelfstandig Naamwoord | Verwante vertalingen | Andere vertalingen |
uitkleden | Auskleiden; Ausnehmen; Entkleiden | |
Werkwoord | Verwante vertalingen | Andere vertalingen |
uitkleden | auskleiden; ausziehen; entblößen; entkleiden; freimachen |