Overzicht
Duits naar Nederlands:   Meer gegevens...
  1. Aufleger:


Duits

Uitgebreide vertaling voor Aufleger (Duits) in het Nederlands

Aufleger:

Aufleger [der ~] zelfstandig naamwoord

  1. der Aufleger
    de oplegger
    • oplegger [de ~ (m)] zelfstandig naamwoord
  2. der Aufleger (Anhänger; Anhängewagen; Autoanhänger)
    de trailers; de aanhangwagens; de opleggers; de aanhangers

Vertaal Matrix voor Aufleger:

Zelfstandig NaamwoordVerwante vertalingenAndere vertalingen
aanhangers Anhänger; Anhängewagen; Aufleger; Autoanhänger
aanhangwagens Anhänger; Anhängewagen; Aufleger; Autoanhänger
oplegger Aufleger
opleggers Anhänger; Anhängewagen; Aufleger; Autoanhänger
trailers Anhänger; Anhängewagen; Aufleger; Autoanhänger

Computer vertaling door derden: