Overzicht
Duits naar Nederlands:   Meer gegevens...
  1. Anwandlung:


Duits

Uitgebreide vertaling voor Anwandlung (Duits) in het Nederlands

Anwandlung:

Anwandlung [die ~] zelfstandig naamwoord

  1. die Anwandlung
    de opwelling; de vlaag; de aanval; de bevlieging
    • opwelling [de ~ (v)] zelfstandig naamwoord
    • vlaag [de ~] zelfstandig naamwoord
    • aanval [de ~ (m)] zelfstandig naamwoord
    • bevlieging [de ~ (v)] zelfstandig naamwoord

Vertaal Matrix voor Anwandlung:

Zelfstandig NaamwoordVerwante vertalingenAndere vertalingen
aanval Anwandlung Angriff; Ansturm; Bestürmung; Erstürmung; Exploit; Sturmangriff; Sturmlauf
bevlieging Anwandlung
opwelling Anwandlung Andrang; Anregung; Anreiz; Anstoß; Einfall; Impuls; Laune; Reiz; Stimulanz
vlaag Anwandlung

Synoniemen voor "Anwandlung":