Duits

Uitgebreide vertaling voor Abnahme (Duits) in het Nederlands

Abnahme:

Abnahme [die ~] zelfstandig naamwoord

  1. die Abnahme (Ankauf; Akquisition; Kauf; )
    de acquisitie; het kopen; de aankoop; de verwerving; de verkrijging; de aanschaf; de afname; de koop
    • acquisitie [de ~ (v)] zelfstandig naamwoord
    • kopen [het ~] zelfstandig naamwoord
    • aankoop [de ~ (m)] zelfstandig naamwoord
    • verwerving [de ~ (v)] zelfstandig naamwoord
    • verkrijging [de ~ (v)] zelfstandig naamwoord
    • aanschaf [de ~ (m)] zelfstandig naamwoord
    • afname [de ~] zelfstandig naamwoord
    • koop [de ~ (m)] zelfstandig naamwoord
  2. die Abnahme (Fallen; Rückgang; Senkung; Schrumpfung; Sinken)
    minder worden; de afname; de terugloop; de val; de daling
    • minder worden [znw.] zelfstandig naamwoord
    • afname [de ~] zelfstandig naamwoord
    • terugloop [de ~ (m)] zelfstandig naamwoord
    • val [de ~ (m)] zelfstandig naamwoord
    • daling [de ~ (v)] zelfstandig naamwoord
  3. die Abnahme (weniger werden; Verminderung)
    de vermindering; de afname; minder worden
  4. die Abnahme (Rückgang; Verminderung; Verringerung)
    de vermindering; de afname; de teruggang; de terugloop; de daling

Vertaal Matrix voor Abnahme:

Zelfstandig NaamwoordVerwante vertalingenAndere vertalingen
aankoop Abnahme; Akquisition; Ankauf; Aquisition; Erwerb; Erwerbung; Kauf Kauf; ankauf
aanschaf Abnahme; Akquisition; Ankauf; Aquisition; Erwerb; Erwerbung; Kauf ankauf
acquisitie Abnahme; Akquisition; Ankauf; Aquisition; Erwerb; Erwerbung; Kauf ankauf
afname Abnahme; Akquisition; Ankauf; Aquisition; Erwerb; Erwerbung; Fallen; Kauf; Rückgang; Schrumpfung; Senkung; Sinken; Verminderung; Verringerung; weniger werden
daling Abnahme; Fallen; Rückgang; Schrumpfung; Senkung; Sinken; Verminderung; Verringerung Abstieg
koop Abnahme; Akquisition; Ankauf; Aquisition; Erwerb; Erwerbung; Kauf ankauf
kopen Abnahme; Akquisition; Ankauf; Aquisition; Erwerb; Erwerbung; Kauf
minder worden Abnahme; Fallen; Rückgang; Schrumpfung; Senkung; Sinken; Verminderung; weniger werden
teruggang Abnahme; Rückgang; Verminderung; Verringerung
terugloop Abnahme; Fallen; Rückgang; Schrumpfung; Senkung; Sinken; Verminderung; Verringerung Rückgang; Rückgänge; Rücklauf; Rückläufe; Rückschlag
val Abnahme; Fallen; Rückgang; Schrumpfung; Senkung; Sinken Fall; Falle; Fallen; Hinterhalt; Stürzen; Untergang; Zusammenbruch; während der Landung aufsetzen
verkrijging Abnahme; Akquisition; Ankauf; Aquisition; Erwerb; Erwerbung; Kauf
vermindering Abnahme; Rückgang; Verminderung; Verringerung; weniger werden Abgang; Abschwächung; Abzug; Herabsetzung; Lagerabgang; Reduktion; Reduzierung; Verminderung; Verringerung
verwerving Abnahme; Akquisition; Ankauf; Aquisition; Erwerb; Erwerbung; Kauf
WerkwoordVerwante vertalingenAndere vertalingen
kopen ankaufen; einkaufen; erstehen; erwerben; kaufen; sich einer Sache bemächtigen; sich etwas beschaffen
minder worden abbauen; abschwächen; beschränken; einschrumpfen; einschränken; fallen; fortnehmen; geringer werden; herabmindern; herabsetzen; kürzen; mindern; nachlassen; reduzieren; schlechter werden; schmälern; schrumpfen; schwinden; schwächen; setzen; sinken; sparen; verknappen; vermindern; verringern; versiegen; wegnehmen; weniger werden; zurückgehen; zusammengehen

Synoniemen voor "Abnahme":


Wiktionary: Abnahme

Abnahme
noun
  1. offizielle Akzeptanz eines Zustandes nach einer üblichen Überprüfung
  2. Veränderung, bei der etwas weniger/geringer/niedriger wird
  3. der Verlust von etwas durch jemand anderen
Abnahme
noun
  1. het dalen, het lager worden

Cross Translation:
FromToVia
Abnahme afname; korting; inkrimping; afslag; vermindering abatement — the act of abating or the state of being abated
Abnahme verzwakking; afname; verval; achteruitgang decline — weakening
Abnahme loomheid; slapheid; traagheid; vadsigheid; slapte; stilstand; droefgeestigheid; melancholie; zwaarmoedigheid; weemoed; bedroefdheid; mistroostigheid; somberheid; afmatting; matheid; moeheid; vermoeidheid; vermoeienis; consternatie; ontsteltenis; verbijstering; verslagenheid; aftrek; apathie; dofheid; lusteloosheid; wezenloosheid; moedeloosheid abattementdiminution rapide, d’une durée plus ou moins longue, des forces physiques et des fonctions psychiques.

Verwante vertalingen van Abnahme