Overzicht
Duits naar Nederlands:   Meer gegevens...
  1. äußer:


Duits

Uitgebreide vertaling voor äußer (Duits) in het Nederlands

äußer:

äußer bijvoeglijk naamwoord

  1. äußer (aus einem fremden Land; ausländisch; draußen; fremd; auswärtig)
    buitenlands; uit een vreemd land

Vertaal Matrix voor äußer:

Bijvoeglijk NaamwoordVerwante vertalingenAndere vertalingen
buitenlands aus einem fremden Land; ausländisch; auswärtig; draußen; fremd; äußer ausländisch; auswärtig; fremd; imAusland
BijwoordVerwante vertalingenAndere vertalingen
uit een vreemd land aus einem fremden Land; ausländisch; auswärtig; draußen; fremd; äußer

Verwante vertalingen van äußer