Duits

Uitgebreide vertaling voor Überweisung (Duits) in het Nederlands

Überweisung:

Überweisung [die ~] zelfstandig naamwoord

  1. die Überweisung (Überschreibung)
    de overschrijving; de overmaking; de overboeking
  2. die Überweisung
    de giro-overschrijving
  3. die Überweisung
    het giroverkeer
  4. die Überweisung
    het verwijsbriefje
  5. die Überweisung
    de overschrijving
  6. die Überweisung (Geldsendung)
    de geldzending; de remise
    • geldzending [de ~ (v)] zelfstandig naamwoord
    • remise [de ~ (v)] zelfstandig naamwoord
  7. die Überweisung (Geldsendung)
    geldverzending
  8. die Überweisung (Verweisung; Referenz)
    de verwijzing; verwijsbrief
  9. die Überweisung (Eilüberweisung)

Vertaal Matrix voor Überweisung:

Zelfstandig NaamwoordVerwante vertalingenAndere vertalingen
geldverzending Geldsendung; Überweisung
geldzending Geldsendung; Überweisung
giro-overschrijving Überweisung
giroverkeer Überweisung
overboeking Überschreibung; Überweisung
overmaking Überschreibung; Überweisung
overschrijving Überschreibung; Überweisung
remise Geldsendung; Überweisung Transportdepos; unentschiedenes Spiel
verwijsbrief Referenz; Verweisung; Überweisung
verwijsbriefje Überweisung
verwijzing Referenz; Verweisung; Überweisung Anspielung; Empfehlung; Empfehlungen; Empfehlungsbrief; Empfehlungsschreiben; Fingerzeig; Hinweis; Referenz; Tip; Verweisung; Wink
Not SpecifiedVerwante vertalingenAndere vertalingen
directe overboeking Eilüberweisung; Überweisung

Synoniemen voor "Überweisung":


Wiktionary: Überweisung

Überweisung
noun
  1. Bankwesen, Finanzwesen: die Übertragung von Geld von einem Bankkonto zum anderen
  2. Medizin: eine Übersendung eines Patienten zu einem anderen Arzt
Überweisung
noun
  1. girale overboeking van geld (via de bank)

Cross Translation:
FromToVia
Überweisung overschrijving remittance — A payment to a remote recipient