Overzicht
Duits naar Nederlands: Meer gegevens...
- wetteifern:
-
Wiktionary:
- wetteifern → wedijveren, meewerken, aan een wedstrijd deelnemen, concurreren, meedingen
Duits
Uitgebreide vertaling voor wetteifern (Duits) in het Nederlands
wetteifern:
-
wetteifern (konkurrieren)
concurreren; wedijveren; beconcurreren-
beconcurreren werkwoord (beconcurreer, beconcurreert, beconcurreerde, beconcurreerden, beconcurreerd)
Conjugations for wetteifern:
Präsens
- wetteifere
- wetteiferst
- wetteifert
- wetteiferen
- wetteifert
- wetteiferen
Imperfekt
- wetteiferte
- wetteifertest
- wetteiferte
- wetteiferten
- wetteifertet
- wetteiferten
Perfekt
- habe gewetteifert
- hast gewetteifert
- hat gewetteifert
- haben gewetteifert
- habt gewetteifert
- haben gewetteifert
1. Konjunktiv [1]
- wetteifere
- wetteiferest
- wetteifere
- wetteiferen
- wetteiferet
- wetteiferen
2. Konjunktiv
- wetteiferte
- wetteifertest
- wetteiferte
- wetteiferten
- wetteifertet
- wetteiferten
Futur 1
- werde wetteifern
- wirst wetteifern
- wird wetteifern
- werden wetteifern
- werdet wetteifern
- werden wetteifern
1. Konjunktiv [2]
- würde wetteifern
- würdest wetteifern
- würde wetteifern
- würden wetteifern
- würdet wetteifern
- würden wetteifern
Diverses
- wetteifer!
- wetteifert!
- wetteiferen Sie!
- gewetteifert
- wetteifernd
1. ich, 2. du, 3. er/sie/es, 4. wir, 5. ihr, 6. sie/Sie
Vertaal Matrix voor wetteifern:
Werkwoord | Verwante vertalingen | Andere vertalingen |
beconcurreren | konkurrieren; wetteifern | |
concurreren | konkurrieren; wetteifern | |
wedijveren | konkurrieren; wetteifern |
Synoniemen voor "wetteifern":
Wiktionary: wetteifern
Cross Translation:
From | To | Via |
---|---|---|
• wetteifern | → wedijveren | ↔ vie — To rival; to struggle for superiority; to compete |
• wetteifern | → meewerken; aan een wedstrijd deelnemen; wedijveren; concurreren; meedingen | ↔ concourir — tendre ensemble au même but, coopérer. |
• wetteifern | → concurreren; meedingen; wedijveren | ↔ rivaliser — disputer de talent, de mérite, etc., avec quelqu’un, en approcher, l’égaler. |