Home ->Woordenboeken ->Duits/Nederlands ->Zoek: Storch

Duitse en Nederlandse zoekresultaten voor: Storch

Overzicht

Duits naar Nederlands: Meer gegevens...

Storch:
- ooievaar; langbeen
Wiktionary:
- Storch → uiver, stork, ooievaar, eiber
- Storch → ooievaar

Duits

Uitgebreide vertaling voor Storch (Duits) in het Nederlands

Storch:

Storch [der ~] zelfstandig naamwoord

der Storch
de ooievaar; de langbeen
- ooievaar [de ~ (m)] zelfstandig naamwoord
- langbeen [de ~ (m)] zelfstandig naamwoord

Vertaal Matrix voor Storch:

Zelfstandig Naamwoord	Verwante vertalingen	Andere vertalingen
langbeen	Storch
ooievaar	Storch

Synoniemen voor "Storch":

Adebar; Ciconiidae; Klapperstorch; Federvieh; Piepmatz; Vogel

Wiktionary: Storch

Storch

noun

Ornithologie: (vornehmlich in feuchten Niederungen Nord- und Mitteleuropas lebender und oft auf Bäumen und Hausdächern nistender) großer, kräftiger, langhalsiger Stelzvogel (Ciconia) mit weißem und (braun)schwarzem Gefieder, einem sehr langen, zumeist roten Schnabel und langen, roten Beinen, der im Herbst n
- Storch → uiver; stork; ooievaar; eiber

Cross Translation:

From	To	Via
• Storch	→ ooievaar	↔ stork — large wading bird
• Storch	→ ooievaar	↔ cigogne — oiseau échassier migrateur aux longues pattes et au long bec droit (du genre w\|Ciconia).