Home ->Woordenboeken ->Duits/Nederlands ->Zoek: Quantität

Duitse en Nederlandse zoekresultaten voor: Quantität

Overzicht

Duits naar Nederlands: Meer gegevens...

Quantität:
- hoeveelheid; kwantiteit; aantal; mate
Wiktionary:
- Quantität → hoeveelheid, kwantiteit, boel, grootheid, sterkte

Duits

Uitgebreide vertaling voor Quantität (Duits) in het Nederlands

Quantität:

Quantität [die ~] zelfstandig naamwoord

die Quantität (Anzahl; Menge; Zahl; Quantum)
de hoeveelheid; de kwantiteit; het aantal
- hoeveelheid [de ~ (m)] zelfstandig naamwoord
- kwantiteit [de ~ (v)] zelfstandig naamwoord
- aantal [het ~] zelfstandig naamwoord
die Quantität (Maß)
de mate; de kwantiteit
- mate [de ~] zelfstandig naamwoord
- kwantiteit [de ~ (v)] zelfstandig naamwoord

Vertaal Matrix voor Quantität:

Zelfstandig Naamwoord	Verwante vertalingen	Andere vertalingen
aantal	Anzahl; Menge; Quantität; Quantum; Zahl
hoeveelheid	Anzahl; Menge; Quantität; Quantum; Zahl	Menge; Partie
kwantiteit	Anzahl; Maß; Menge; Quantität; Quantum; Zahl
mate	Maß; Quantität	Abmessung; Ausdehnung; Ausmaß; Bedeutung; Dimension; Format; Grad; Gradation; Größe; Maß; Skala

Synoniemen voor "Quantität":

Anzahl; Menge

Wiktionary: Quantität

Cross Translation:

From	To	Via
• Quantität	→ hoeveelheid; kwantiteit	↔ quantity — fundamental, generic term used when referring to the measurement
• Quantität	→ hoeveelheid	↔ quantity — indefinite amount of something
• Quantität	→ hoeveelheid; kwantiteit; boel; grootheid; sterkte	↔ quantité — Tout ce qui peut être mesurer ou nombré, de tout ce qui est susceptible d’accroissement ou de diminution.