Overzicht
Duits naar Nederlands:   Meer gegevens...
  1. Palmsonntag:
  2. Wiktionary:


Duits

Uitgebreide vertaling voor Palmsonntag (Duits) in het Nederlands

Palmsonntag:

Palmsonntag [der ~] zelfstandig naamwoord

  1. der Palmsonntag
    de Palmzondag; de Palmpasen

Vertaal Matrix voor Palmsonntag:

Zelfstandig NaamwoordVerwante vertalingenAndere vertalingen
Palmpasen Palmsonntag
Palmzondag Palmsonntag

Synoniemen voor "Palmsonntag":

  • Beginn der Karwoche; Dominica in Palmis; Sonntag vor Ostern

Wiktionary: Palmsonntag

Palmsonntag
noun
  1. de zondag voor Pasen

Cross Translation:
FromToVia
Palmsonntag Palmzondag dimanche des Rameaux — (religion) fête chrétienne qui commémore l’entrée de Jésus-Christ à Jérusalem sur un âne, peu avant sa mort.