Home ->Woordenboeken ->Duits/Nederlands ->Zoek: stanzen

Duitse en Nederlandse zoekresultaten voor: stanzen

Overzicht

Duits naar Nederlands: Meer gegevens...

stanzen:
- stansen; ponsen; doorponsen
Wiktionary:
- stanzen → ponsen, stansen

Duits

Uitgebreide vertaling voor stanzen (Duits) in het Nederlands

stanzen:

stanzen werkwoord (stanze, stanzt, stanzte, stanztet, gestanzt)

stanzen (lochen; punzen)
stansen; ponsen; doorponsen
- stansen werkwoord (stans, stanst, stanste, stansten, gestanst)
- ponsen werkwoord (pons, ponst, ponste, ponsten, geponst)
- doorponsen werkwoord (doorpons, doorponst, doorponste, doorponsten, doorgeponst)

Conjugations for stanzen:

Präsens

stanze
stanzt
stanzt
stanzen
stanzt
stanzen

Imperfekt

stanzte
stanztest
stanzte
stanzten
stanztet
stanzten

Perfekt

habe gestanzt
hast gestanzt
hat gestanzt
haben gestanzt
habt gestanzt
haben gestanzt

1. Konjunktiv [1]

stanze
stanzest
stanze
stanzen
stanzet
stanzen

2. Konjunktiv

stanzete
stanzetest
stanzete
stanzeten
stanzetet
stanzeten

Futur 1

werde stanzen
wirst stanzen
wird stanzen
werden stanzen
werdet stanzen
werden stanzen

1. Konjunktiv [2]

würde stanzen
würdest stanzen
würde stanzen
würden stanzen
würdet stanzen
würden stanzen

Diverses

stanz!
stanzt!
stanzen Sie!
gestanzt
stanzend

1. ich, 2. du, 3. er/sie/es, 4. wir, 5. ihr, 6. sie/Sie

Vertaal Matrix voor stanzen:

Werkwoord	Verwante vertalingen	Andere vertalingen
doorponsen	lochen; punzen; stanzen
ponsen	lochen; punzen; stanzen
stansen	lochen; punzen; stanzen

Synoniemen voor "stanzen":

ausstechen; durchlöchern; durchstechen; einstechen; lochen; piken; piksen; stechen; stoßen

Wiktionary: stanzen

stanzen

verb

gaten in iets (vaak papier of metaal) maken door middel van een pons
- ponsen → lochen; stanzen; punzen
iets uit plaatmateriaal (metaal, rubber, leer etc.) slaan of daarin aanbrengen met een snijdende stempel
- stansen → stanzen

Stanzen:

Synoniemen voor "Stanzen":

Lochen