Home ->Woordenboeken ->Duits/Nederlands ->Zoek: Fügung

Duitse en Nederlandse zoekresultaten voor: Fügung

Overzicht
Duits naar Nederlands:   Meer gegevens...
  1. Fugung:
  2. Fügung:
  3. Wiktionary:

Duits

Uitgebreide vertaling voor Fügung (Duits) in het Nederlands

Fugung:

Fugung [die ~] zelfstandig naamwoord

  1. die Fugung (Maurerarbeit)
    het metselwerk; het voegwerk

Vertaal Matrix voor Fugung:

Zelfstandig NaamwoordVerwante vertalingenAndere vertalingen
metselwerk Fugung; Maurerarbeit
voegwerk Fugung; Maurerarbeit

Fügung:

Fügung [die ~] zelfstandig naamwoord

  1. die Fügung (Regelung; Anordnung; Ordnung)
    het arrangement; de regeling
  2. die Fügung (Zucht; Ordnung; Disziplin; )
    de discipline; de onderwerping; de gehoorzaamheid; de orde; de dwang; de tucht
  3. die Fügung (Phrase)
    de woordgroep; de bepaling
  4. die Fügung (Regelung; Regulierung; Ordnung; Spielregel; Anordnung)
    de regelgeving; de regularisatie

Vertaal Matrix voor Fügung:

Zelfstandig NaamwoordVerwante vertalingenAndere vertalingen
arrangement Anordnung; Fügung; Ordnung; Regelung Anordnung; Arrangement; Aufbau; Aufstellung; Eingliederung; Einreihung; Einrichtung; Einteilung; Ordnung
bepaling Fügung; Phrase Adverbiale; Anordnung; Attribut; Bedingung; Bestimmung; Festsetzen; Forderung; Klausel; Kondition; Kriterium; Maßstab; Verordnung; Voraussetzung; Vorbehalt; mit Masten versehen
discipline Anordnung; Bestimmung; Disziplin; Fügung; Ordnung; Regel; Unterwerfung; Verfügung; Verordnung; Vorschrift; Zucht Disziplin; Fach; Fachgebiet; Fachwissenschaft; Sektor
dwang Anordnung; Bestimmung; Disziplin; Fügung; Ordnung; Regel; Unterwerfung; Verfügung; Verordnung; Vorschrift; Zucht Druck; Durchsetzung; Pression; Zwang
gehoorzaamheid Anordnung; Bestimmung; Disziplin; Fügung; Ordnung; Regel; Unterwerfung; Verfügung; Verordnung; Vorschrift; Zucht Anordnung; Disziplin; Folgsamkeit; Gehorsamkeit; Unterwerfung; Verordnung; Vorschrift
onderwerping Anordnung; Bestimmung; Disziplin; Fügung; Ordnung; Regel; Unterwerfung; Verfügung; Verordnung; Vorschrift; Zucht Anordnung; Disziplin; Folgsamkeit; Gehorsamkeit; Unterwerfung; Verordnung; Vorschrift
orde Anordnung; Bestimmung; Disziplin; Fügung; Ordnung; Regel; Unterwerfung; Verfügung; Verordnung; Vorschrift; Zucht Anordnung; Bestimmung; Dienstordnung; Fusion; Gebot; Gemeinschaft; Genossenschaft; Geselligkeitsverein; Gesellschaft; Gesellschaftsschicht; Gesetz; Gilde; Gleichmäßigkeit; Gruppe; Handwerksgilde; Klasse; Klub; Korporation; Kreis; Ordnung; Position; Rang; Rangordnung; Regelmäßigkeit; Regelung; Reglement; Richtlinie; Runde; Satzung; Schicht; Stand; Statut; Symmetrie; Verein; Vereinigung; Verfügung; Verordnung; Vorschrift
regelgeving Anordnung; Fügung; Ordnung; Regelung; Regulierung; Spielregel
regeling Anordnung; Fügung; Ordnung; Regelung Abmachung; Anordnung; Beilegung; Bestimmung; Dienstordnung; Einigung; Erledigung; Gebot; Gesetz; Ordnung; Regeln; Regelung; Reglement; Regulierung; Richtlinie; Satzung; Schadensbegleichung; Schdensregulierung; Schlichtung; Statut; Vereinbarung; Verfügung; Vergleich; Verordnung; Vorschrift
regularisatie Anordnung; Fügung; Ordnung; Regelung; Regulierung; Spielregel
tucht Anordnung; Bestimmung; Disziplin; Fügung; Ordnung; Regel; Unterwerfung; Verfügung; Verordnung; Vorschrift; Zucht
woordgroep Fügung; Phrase

Synoniemen voor "Fügung":


Wiktionary: Fügung

Cross Translation:
FromToVia
• Fügung → bestemming; lotsbestemming; lot; voorland ↔ destination — emploi auquel une personne ou une chose devoir affecter ou usage qu’on en peut faire.
• Fügung → fortuin; lot; levenslot; bestemming; lotsbestemming; voorland ↔ destinée — destin particulier d’une personne ou d’une chose.
• Fügung → geluk; fortuin; fortuinlijkheid; lot; levenslot; rijkdom ↔ fortune — hasard, chance.







Uw gratis, snelle en simpele vertaal woordenboek

Copyright © 2000-2024 Interglot ®

Pagina gepresenteerd in 0.0533 seconde
Page rendered in 1.0 seconds