Overzicht
Duits
Uitgebreide vertaling voor Apfel (Duits) in het Nederlands
Apfel:
-
der Apfel
Vertaal Matrix voor Apfel:
Zelfstandig Naamwoord | Verwante vertalingen | Andere vertalingen |
appel | Apfel | Appell; Berufung; Kochapfel; Musapfel; Äpfel |
handappel | Apfel |
Synoniemen voor "Apfel":
Äpfel:
-
die Äpfel
Vertaal Matrix voor Äpfel:
Zelfstandig Naamwoord | Verwante vertalingen | Andere vertalingen |
appel | Äpfel | Apfel; Appell; Berufung; Kochapfel; Musapfel |
appels | Äpfel |