Overzicht
Duits naar Nederlands: Meer gegevens...
- wringen:
-
Wiktionary:
- wringen → wringen
- wringen → mangelen, uitwringen
Nederlands naar Duits: Meer gegevens...
- wringen:
-
Wiktionary:
- wringen → wringen, zwängen
- wringen → winden, drehen, verdrehen, auswringen, verrenken, verstauchen, ringen
Duits
Uitgebreide vertaling voor wringen (Duits) in het Nederlands
wringen:
-
wringen (mit jemandem ringen; klemmen; kämpfen; drücken; ringen; schwingen; drehen; winden)
-
wringen (auswringen)
-
wringen (winden; wriggen; rütteln; wricken)
-
wringen (winden; kämpfen; drücken; ringen)
zich wringen-
zich wringen werkwoord
-
Conjugations for wringen:
Präsens
- wringe
- wringst
- wringt
- wringen
- wringt
- wringen
Imperfekt
- wrang
- wrangst
- wrang
- wrangen
- wrangt
- wrangen
Perfekt
- habe gewrungen
- hast gewrungen
- hat gewrungen
- haben gewrungen
- habt gewrungen
- haben gewrungen
1. Konjunktiv [1]
- wringe
- wringest
- wringe
- wringen
- wringet
- wringen
2. Konjunktiv
- wränge
- wrängest
- wränge
- wrängen
- wränget
- wrängen
Futur 1
- werde wringen
- wirst wringen
- wird wringen
- werden wringen
- werdet wringen
- werden wringen
1. Konjunktiv [2]
- würde wringen
- würdest wringen
- würde wringen
- würden wringen
- würdet wringen
- würden wringen
Diverses
- wring!
- wringt!
- wringen Sie!
- gewrungen
- wringend
1. ich, 2. du, 3. er/sie/es, 4. wir, 5. ihr, 6. sie/Sie
Vertaal Matrix voor wringen:
Zelfstandig Naamwoord | Verwante vertalingen | Andere vertalingen |
wringen | Ringen | |
Werkwoord | Verwante vertalingen | Andere vertalingen |
met iemand worstelen | drehen; drücken; klemmen; kämpfen; mit jemandem ringen; ringen; schwingen; winden; wringen | |
uitwringen | auswringen; wringen | |
worstelen | drehen; drücken; klemmen; kämpfen; mit jemandem ringen; ringen; schwingen; winden; wringen | kämpfen; ringen; schwingen |
wrikken | rütteln; winden; wricken; wriggen; wringen | rütteln; wricken; wriggeln |
wringen | auswringen; wringen | |
zich wringen | drücken; kämpfen; ringen; winden; wringen |
Wiktionary: wringen
wringen
Cross Translation:
verb
wringen
-
in einer Drehbewegung verzwängen, insbesondere um Feuchtigkeit aus einem Gewebe zu drücken
- wringen → wringen
verb
Cross Translation:
From | To | Via |
---|---|---|
• wringen | → mangelen | ↔ mangle — to wring laundry |
• wringen | → uitwringen | ↔ wring — to squeeze or twist tightly so that liquid is forced out |
Nederlands
Uitgebreide vertaling voor wringen (Nederlands) in het Duits
wringen:
-
wringen (uitwringen)
Conjugations for wringen:
o.t.t.
- wring
- wringt
- wringt
- wringen
- wringen
- wringen
o.v.t.
- wrong
- wrong
- wrong
- wrongen
- wrongen
- wrongen
v.t.t.
- heb gewrongen
- hebt gewrongen
- heeft gewrongen
- hebben gewrongen
- hebben gewrongen
- hebben gewrongen
v.v.t.
- had gewrongen
- had gewrongen
- had gewrongen
- hadden gewrongen
- hadden gewrongen
- hadden gewrongen
o.t.t.t.
- zal wringen
- zult wringen
- zal wringen
- zullen wringen
- zullen wringen
- zullen wringen
o.v.t.t.
- zou wringen
- zou wringen
- zou wringen
- zouden wringen
- zouden wringen
- zouden wringen
diversen
- wring!
- wringt!
- gewrongen
- wringend
1. ik, 2. je/jij, 3. hij/zij/het, 4. we. 5. jullie, 6. zij/ze
Vertaal Matrix voor wringen:
Zelfstandig Naamwoord | Verwante vertalingen | Andere vertalingen |
Ringen | gewring; wringen | gevecht; geworstel; kamp; strijd; worsteling |
Werkwoord | Verwante vertalingen | Andere vertalingen |
auswringen | uitwringen; wringen | |
wringen | uitwringen; wringen | met iemand worstelen; worstelen; wrikken; zich wringen |