Home ->Woordenboeken ->Duits/Nederlands ->Zoek: vermischen

Duitse en Nederlandse zoekresultaten voor: vermischen

Overzicht

Duits naar Nederlands: Meer gegevens...

vermischen:
- mengen; vermengen; dooreenmengen
Vermischen:
- mengen; melêren; vermengen; mixen
Wiktionary:
- vermischen → verwarren, in de war brengen, dooreenhalen, mengen, aan elkaar vastmaken, verbinden, legeren

Duits

Uitgebreide vertaling voor vermischen (Duits) in het Nederlands

vermischen:

vermischen werkwoord (vermische, vermischt, vermischte, vermischtet, vermischt)

vermischen (vermengen; mischen; mengen; anrühren)
mengen; vermengen; dooreenmengen
- mengen werkwoord (meng, mengt, mengde, mengden, gemengd)
- vermengen werkwoord (vermeng, vermengt, vermengde, vermengden, vermengd)
- dooreenmengen werkwoord

Conjugations for vermischen:

Präsens

vermische
vermischt
vermischt
vermischen
vermischt
vermischen

Imperfekt

vermischte
vermischtest
vermischte
vermischten
vermischtet
vermischten

Perfekt

habe vermischt
hast vermischt
hat vermischt
haben vermischt
habt vermischt
haben vermischt

1. Konjunktiv [1]

vermische
vermischest
vermische
vermischen
vermischet
vermischen

2. Konjunktiv

vermischete
vermischetest
vermischete
vermischeten
vermischetet
vermischeten

Futur 1

werde vermischen
wirst vermischen
wird vermischen
werden vermischen
werdet vermischen
werden vermischen

1. Konjunktiv [2]

würde vermischen
würdest vermischen
würde vermischen
würden vermischen
würdet vermischen
würden vermischen

Diverses

vermisch!
vermischt!
vermischen Sie!
vermischt
vermischend

1. ich, 2. du, 3. er/sie/es, 4. wir, 5. ihr, 6. sie/Sie

Vertaal Matrix voor vermischen:

Zelfstandig Naamwoord	Verwante vertalingen	Andere vertalingen
mengen		Mengen; Mischen; Mixen; Vermischen
vermengen		Mengen; Mischen; Mixen; Vermischen
Werkwoord	Verwante vertalingen	Andere vertalingen
dooreenmengen	anrühren; mengen; mischen; vermengen; vermischen
mengen	anrühren; mengen; mischen; vermengen; vermischen	bemühen
vermengen	anrühren; mengen; mischen; vermengen; vermischen

Synoniemen voor "vermischen":

verbreiten; vermengen; ausströmen; diffundieren; dispergieren
mischen; mixen; vermengen; vermixen; verwursten

Wiktionary: vermischen

Cross Translation:

From	To	Via
• vermischen	→ verwarren; in de war brengen; dooreenhalen	↔ confuse — to mix thoroughly
• vermischen	→ mengen	↔ mix — stir two or more substances together
• vermischen	→ aan elkaar vastmaken; verbinden; legeren	↔ allier — unir par une entente, un pacte. Ce verbe est alors généralement pronominal.

Vermischen:

Vermischen [das ~] zelfstandig naamwoord

Vermischen (Mixen; Mengen; Mischen)
mengen; melêren; vermengen; het mixen
- mengen [znw.] zelfstandig naamwoord
- melêren [znw.] zelfstandig naamwoord
- vermengen [znw.] zelfstandig naamwoord
- mixen [het ~] zelfstandig naamwoord

Vertaal Matrix voor Vermischen:

Zelfstandig Naamwoord	Verwante vertalingen	Andere vertalingen
melêren	Mengen; Mischen; Mixen; Vermischen
mengen	Mengen; Mischen; Mixen; Vermischen
mixen	Mengen; Mischen; Mixen; Vermischen
vermengen	Mengen; Mischen; Mixen; Vermischen
Werkwoord	Verwante vertalingen	Andere vertalingen
mengen		anrühren; bemühen; mengen; mischen; vermengen; vermischen
mixen		bewegen; mischen; rühren
vermengen		anrühren; mengen; mischen; vermengen; vermischen