Overzicht
Duits naar Nederlands: Meer gegevens...
-
darstellen:
- verpersonificeren; uitbeelden; verbeelden; vertolken; acteren; toneelspelen; spelen; doen alsof; zich aanstellen; tekenen; afbeelden; schilderen; portretteren; beschrijven; omschrijven; schetsen; afschilderen; tonen; tentoonstellen; uitstallen; etaleren; doen lijken; duiden op; wijzen op; komedie spelen; dramatiseren; een rol vertolken; figureren
-
Wiktionary:
- darstellen → uitbeelden, verbeelden
- darstellen → vertegenwoordigen, representeren, tekenen, aftekenen, trekken, uittekenen, aantonen, adstrueren, bewijzen, staven, uitwijzen, waarmaken, certificeren, getuigen, indienen, presenteren, vertonen, voorstellen, aanbieden, spelen
Duits
Uitgebreide vertaling voor dargestellt (Duits) in het Nederlands
darstellen:
-
darstellen (wiedergeben; ausdrücken)
-
darstellen (schauspielen)
acteren; toneelspelen-
toneelspelen werkwoord (speel toneel, speelt toneel, speelde toneel, speelden toneel, toneelgespeeld)
-
darstellen (tun als ob; spielen)
spelen; doen alsof; toneelspelen; zich aanstellen-
toneelspelen werkwoord (speel toneel, speelt toneel, speelde toneel, speelden toneel, toneelgespeeld)
-
zich aanstellen werkwoord
-
darstellen (portrettieren; zeichnen; malen; abbilden)
-
darstellen (beschreiben; umschreiben; skizzieren; abbilden; entwerfen; schildern)
-
darstellen (ausstellen; zur Schau stellen; vorzeigen; vorweisen; vorführen; darbieten; aushängen)
tonen; tentoonstellen; uitstallen; etaleren-
tentoonstellen werkwoord (stel tentoon, stelt tentoon, stelde tentoon, stelden tentoon, tentoongesteld)
-
darstellen (schildern)
-
darstellen (bedeuten)
-
darstellen (eine Rolle spielen; aktieren)
acteren; toneelspelen; zich aanstellen; komedie spelen-
toneelspelen werkwoord (speel toneel, speelt toneel, speelde toneel, speelden toneel, toneelgespeeld)
-
zich aanstellen werkwoord
-
komedie spelen werkwoord
-
darstellen (dramatisieren; spielen)
-
darstellen (eine Rolle spielen; auftreten; spielen)
toneelspelen; een rol vertolken; acteren-
toneelspelen werkwoord (speel toneel, speelt toneel, speelde toneel, speelden toneel, toneelgespeeld)
-
een rol vertolken werkwoord
-
-
darstellen (figurieren; auftreten; aufführen; darbieten)
Conjugations for darstellen:
Präsens
- stelle dar
- stellst dar
- stellt dar
- stellen dar
- stellt dar
- stellen dar
Imperfekt
- stellte dar
- stelltest dar
- stellte dar
- stellten dar
- stelltet dar
- stellten dar
Perfekt
- habe dargestellt
- hast dargestellt
- hat dargestellt
- haben dargestellt
- habt dargestellt
- haben dargestellt
1. Konjunktiv [1]
- stelle dar
- stellest dar
- stelle dar
- stellen dar
- stellet dar
- stellen dar
2. Konjunktiv
- stellte dar
- stelltest dar
- stellte dar
- stellten dar
- stelltet dar
- stellten dar
Futur 1
- werde darstellen
- wirst darstellen
- wird darstellen
- werden darstellen
- werdet darstellen
- werden darstellen
1. Konjunktiv [2]
- würde darstellen
- würdest darstellen
- würde darstellen
- würden darstellen
- würdet darstellen
- würden darstellen
Diverses
- stell dar!
- stellt dar!
- stellen Sie dar!
- dargestellt
- darstellend
1. ich, 2. du, 3. er/sie/es, 4. wir, 5. ihr, 6. sie/Sie
Vertaal Matrix voor darstellen:
Synoniemen voor "darstellen":
Wiktionary: darstellen
darstellen
Cross Translation:
verb
-
in beeld voorstellen
-
in kunstzinnige zin in een beeld omzetten
Cross Translation:
From | To | Via |
---|---|---|
• darstellen | → vertegenwoordigen; representeren | ↔ represent — to stand in the place of |
• darstellen | → tekenen; aftekenen; trekken; uittekenen | ↔ dessiner — Reeprésenter par un dessin |
• darstellen | → aantonen; adstrueren; bewijzen; staven; uitwijzen; waarmaken; certificeren; getuigen | ↔ démontrer — prouver d’une manière évidente et convaincante. |
• darstellen | → indienen; presenteren; vertonen; voorstellen; aanbieden; spelen | ↔ présenter — Traductions à trier suivant le sens |
Computer vertaling door derden: