Overzicht
Duits naar Nederlands: Meer gegevens...
-
Brandschaden:
-
Wiktionary:
Brandschaden → brandwond, verschroeiing
-
Wiktionary:
Duits
Uitgebreide vertaling voor Brandschaden (Duits) in het Nederlands
Brandschaden: (*Woord en zin splitter gebruikt)
- Brand: brand; vuur; fik; koudvuur
- schaden: schaden; nadelig zijn; benadelen; duperen; schade berokkenen; schade toebrengen aan; nadeel toebrengen; misdrijven; kwaad doen; beschadigen; kwaad kunnen; kwetsen; krenken; deren; molesteren; schadelijk zijn voor
- Schaden: schade; beschadiging; nadeel; verlies
- Schäden: schade; beschadiging; blessures; beschadigingen; verlies; het verliezen; verstoringen; schades; defecten; wonden; verwondingen; kwetsuren; handicaps
Spelling Suggesties voor: Brandschaden
- Searching for suggestions...
Wiktionary: Brandschaden
Cross Translation:
From | To | Via |
---|---|---|
• Brandschaden | → brandwond; verschroeiing | ↔ brulure — lésion que le feu, un corps très chaud, une substance corrosif, des radiations, etc., font sur la peau. |
• Brandschaden | → brandwond; verschroeiing | ↔ brûlure — Impression que le feu, un corps très chaud ou une substance corrosive font sur la peau ou sur quelque autre matière... (Sens général). |
Computer vertaling door derden:
Nederlands
Uitgebreide vertaling voor Brandschaden (Nederlands) in het Duits
Brandschaden: (*Woord en zin splitter gebruikt)
- brand: Feuer; Brand; Flamme; Flammenmeer; Feuermeer
- schaden: schwächen; beeinträchtigen; jemandem schaden; schaden; behindern; benachteiligen; schädigen; düpieren; verletzen; kränken; anschlagen; beschädigen; verwunden
- branden: kennzeichnen; markieren; einbrennen; stigmatisieren; brandmarken; brennen; anstecken; feuern; flammen; sengen; versengen; Brennen; Brände
Spelling Suggesties voor: Brandschaden
- Searching for suggestions...
Computer vertaling door derden: