Overzicht
Duits naar Nederlands: Meer gegevens...
- tippen:
-
Wiktionary:
- tippen → typen, machineschrijven, tikken
Nederlands naar Duits: Meer gegevens...
Duits
Uitgebreide vertaling voor tippen (Duits) in het Nederlands
tippen:
-
tippen (auf der Schreibmaschine schreiben)
-
tippen (anstoßen; klopfen; ticken; pochen; auf der Schreibmaschine schreiben; berühren; abklopfen; aufgehen; aufstampfen)
-
tippen (leicht berühren; anrühren; berühren; streifen; tupfen; antupfen)
aanstippen; aanroeren; even aanraken-
even aanraken werkwoord (raak even aan, raakt even aan, raakte even aan, raakten even aan, even aangeraakt)
-
tippen
-
tippen
Conjugations for tippen:
Präsens
- tippe
- tippst
- tippt
- tippen
- tippt
- tippen
Imperfekt
- tippte
- tipptest
- tippte
- tippten
- tipptet
- tippten
Perfekt
- habe getippt
- 9
- hat getippt
- haben getippt
- habt getippt
- haben getippt
1. Konjunktiv [1]
- tippe
- tippest
- tippe
- tippen
- tippet
- tippen
2. Konjunktiv
- tippte
- tipptest
- tippte
- tippten
- tipptet
- tippten
Futur 1
- werde tippen
- wirst tippen
- wird tippen
- werden tippen
- werdet tippen
- werden tippen
1. Konjunktiv [2]
- würde tippen
- würdest tippen
- würde tippen
- würden tippen
- würdet tippen
- würden tippen
Diverses
- tipp!
- tippt!
- tippen Sie!
- getippt
- tippend
1. ich, 2. du, 3. er/sie/es, 4. wir, 5. ihr, 6. sie/Sie
Vertaal Matrix voor tippen:
Synoniemen voor "tippen":
Nederlands
Uitgebreide vertaling voor tippen (Nederlands) in het Duits
tippen:
-
tippen (van iets in kennis stellen; informeren; op de hoogte brengen; verwittigen; waarschuwen; inlichten)
-
tippen (aanstippen; aantippen)
tupfen; antupfen; berühren; leicht berühren-
leicht berühren werkwoord (berühre leicht, berührst leicht, berührt leicht, berührte leicht, berührtet leicht, leicht berührt)
Conjugations for tippen:
o.t.t.
- tip
- tipt
- tipt
- tippen
- tippen
- tippen
o.v.t.
- tipte
- tipte
- tipte
- tipten
- tipten
- tipten
v.t.t.
- heb getipt
- hebt getipt
- heeft getipt
- hebben getipt
- hebben getipt
- hebben getipt
v.v.t.
- had getipt
- had getipt
- had getipt
- hadden getipt
- hadden getipt
- hadden getipt
o.t.t.t.
- zal tippen
- zult tippen
- zal tippen
- zullen tippen
- zullen tippen
- zullen tippen
o.v.t.t.
- zou tippen
- zou tippen
- zou tippen
- zouden tippen
- zouden tippen
- zouden tippen
en verder
- ben getipt
- bent getipt
- is getipt
- zijn getipt
- zijn getipt
- zijn getipt
diversen
- tip!
- tipt!
- getipt
- tippend
1. ik, 2. je/jij, 3. hij/zij/het, 4. we. 5. jullie, 6. zij/ze
Vertaal Matrix voor tippen:
Verwante woorden van "tippen":
tippen vorm van tip:
-
de tip (aanwijzing; vingerwijzing; vingerwenk; wenk)
der Tip; der Hinweis; die Anspielung; die Spur; Indiz; der Wink; der Schimmer; der Fingerzeig; Stichwort -
de tip
Vertaal Matrix voor tip:
Verwante woorden van "tip":
Wiktionary: tip
Cross Translation:
From | To | Via |
---|---|---|
• tip | → Tipp | ↔ tip — piece of private information |
• tip | → Ende; Kulm; Spitze; Stift; Zacke; Zinke; Zipfel | ↔ bout — partie extrême d’une chose. |
• tip | → Kulm; Spitze; Stift; Zacke; Zinke; Zipfel | ↔ cime — La partie la plus haute d’une montagne, d’un rocher, d’un arbre, etc. |
• tip | → Kulm; Spitze; Stift; Zacke; Zinke; Zipfel | ↔ pointe — extrémité piquante et aiguë de quelque chose que ce être. |