Duits

Uitgebreide vertaling voor Gegenwart (Duits) in het Nederlands

Gegenwart:

Gegenwart [die ~] zelfstandig naamwoord

  1. die Gegenwart
    vandaag; het heden
    • vandaag [znw.] zelfstandig naamwoord
    • heden [het ~] zelfstandig naamwoord
  2. die Gegenwart (Beisein; Anwesenheit)
    de aanwezigheid; het bijzijn; de tegenwoordigheid

Vertaal Matrix voor Gegenwart:

Zelfstandig NaamwoordVerwante vertalingenAndere vertalingen
aanwezigheid Anwesenheit; Beisein; Gegenwart Anwesenheit; Anwesenheitsinformationen; Beisein
bijzijn Anwesenheit; Beisein; Gegenwart
heden Gegenwart
tegenwoordigheid Anwesenheit; Beisein; Gegenwart
vandaag Gegenwart
BijwoordVerwante vertalingenAndere vertalingen
heden gegenwartig; heute
vandaag heute

Synoniemen voor "Gegenwart":


Wiktionary: Gegenwart


Cross Translation:
FromToVia
Gegenwart heden; huidige tijd present — current time
Gegenwart aanwezigheid; bijzijn; presentie; tegenwoordigheid présenceexistence d’une personne dans un lieu donner.
Gegenwart praesens; tegenwoordige tijd; heden présent — Temps qui se déroule en ce moment

Verwante vertalingen van Gegenwart