Overzicht
Duits naar Nederlands:   Meer gegevens...
  1. bemerkbar:
  2. Wiktionary:


Duits

Uitgebreide vertaling voor bemerkbar (Duits) in het Nederlands

bemerkbar:

bemerkbar bijvoeglijk naamwoord

  1. bemerkbar (wahrnehmbar; erkennbar)
    waarneembaar; herkenbaar; tastbaar; zichtbaar; merkbaar; bemerkbaar; voelbaar; hoorbaar

Vertaal Matrix voor bemerkbar:

Bijvoeglijk NaamwoordVerwante vertalingenAndere vertalingen
herkenbaar bemerkbar; erkennbar; wahrnehmbar deutlich; eindeutig; klar; offensichtlich; sicher; sonnenklar; unverkennbar
hoorbaar bemerkbar; erkennbar; wahrnehmbar
merkbaar bemerkbar; erkennbar; wahrnehmbar
tastbaar bemerkbar; erkennbar; wahrnehmbar deudlich; greifbar; handgreiflich; konkret
voelbaar bemerkbar; erkennbar; wahrnehmbar deudlich; greifbar; handgreiflich; konkret
waarneembaar bemerkbar; erkennbar; wahrnehmbar
zichtbaar bemerkbar; erkennbar; wahrnehmbar erkennbar; fühlbar; merklich; sichtbar; spürbar; zu sehen
BijwoordVerwante vertalingenAndere vertalingen
bemerkbaar bemerkbar; erkennbar; wahrnehmbar

Synoniemen voor "bemerkbar":


Wiktionary: bemerkbar


Cross Translation:
FromToVia
bemerkbar merkbaar; bemerkbaar apercevable — Qui peut être aperçu.