Overzicht
Duits naar Nederlands:   Meer gegevens...
  1. Schaltknüppel:
  2. Wiktionary:


Duits

Uitgebreide vertaling voor Schaltknüppel (Duits) in het Nederlands

Schaltknüppel:

Schaltknüppel [der ~] zelfstandig naamwoord

  1. der Schaltknüppel
    de versnellingspook
  2. der Schaltknüppel
    versnellingshandel; de pook
  3. der Schaltknüppel (Schalthebel)
    schakelpoken; versnellingshendels; de versnellingspoken; schakelhefbomen

Vertaal Matrix voor Schaltknüppel:

Zelfstandig NaamwoordVerwante vertalingenAndere vertalingen
pook Schaltknüppel Schüreisen; Schürhaken
schakelhefbomen Schalthebel; Schaltknüppel
schakelpoken Schalthebel; Schaltknüppel
versnellingshandel Schaltknüppel
versnellingshendels Schalthebel; Schaltknüppel
versnellingspoken Schalthebel; Schaltknüppel
versnellingspook Schaltknüppel

Wiktionary: Schaltknüppel

Schaltknüppel
noun
  1. versnellingshendel van een auto

Cross Translation:
FromToVia
Schaltknüppel versnellingspook gear lever — lever used to change gears

Computer vertaling door derden: