Home ->Woordenboeken ->Duits/Nederlands ->Zoek: vermachen

Duitse en Nederlandse zoekresultaten voor: vermachen

Overzicht
Duits naar Nederlands:   Meer gegevens...
  1. vermachen:
  2. Wiktionary:

Duits

Uitgebreide vertaling voor vermachen (Duits) in het Nederlands

vermachen:

vermachen werkwoord (vermache, vermachst, vermacht, vermachte, vermachtet, vermacht)

  1. vermachen (hinterlassen; vererben; nachlassen)
    vermaken; nalaten; legateren; vererven
    • vermaken werkwoord (vermaak, vermaakt, vermaakde, vermaakden, vermaakt)
    • nalaten werkwoord (laat na, liet na, lieten na, nagelaten)
    • legateren werkwoord (legateer, legateert, legateerde, legateerden, gelegateerd)
    • vererven werkwoord (vererf, vererft, vererfde, vererfden, verorven)

Conjugations for vermachen:

Präsens
  1. vermache
  2. vermachst
  3. vermacht
  4. vermachen
  5. vermacht
  6. vermachen
Imperfekt
  1. vermachte
  2. vermachtest
  3. vermachte
  4. vermachten
  5. vermachtet
  6. vermachten
Perfekt
  1. habe vermacht
  2. hast vermacht
  3. hat vermacht
  4. haben vermacht
  5. habt vermacht
  6. haben vermacht
1. Konjunktiv [1]
  1. vermache
  2. vermachest
  3. vermache
  4. vermachen
  5. vermachet
  6. vermachen
2. Konjunktiv
  1. vermachte
  2. vermachtest
  3. vermachte
  4. vermachten
  5. vermachtet
  6. vermachten
Futur 1
  1. werde vermachen
  2. wirst vermachen
  3. wird vermachen
  4. werden vermachen
  5. werdet vermachen
  6. werden vermachen
1. Konjunktiv [2]
  1. würde vermachen
  2. würdest vermachen
  3. würde vermachen
  4. würden vermachen
  5. würdet vermachen
  6. würden vermachen
Diverses
  1. vermache!
  2. vermacht!
  3. vermachen Sie!
  5. vermacht
  6. vermachend
1. ich, 2. du, 3. er/sie/es, 4. wir, 5. ihr, 6. sie/Sie

Vertaal Matrix voor vermachen:

Zelfstandig NaamwoordVerwante vertalingenAndere vertalingen
vermaken Amüsieren
WerkwoordVerwante vertalingenAndere vertalingen
legateren hinterlassen; nachlassen; vererben; vermachen
nalaten hinterlassen; nachlassen; vererben; vermachen hinterlassen; jemandem etwas hinterlassen; vernachlässigen; zurücklassen
vererven hinterlassen; nachlassen; vererben; vermachen
vermaken hinterlassen; nachlassen; vererben; vermachen ableiten; ablenken; amüsieren; jemandem etwas hinterlassen; unterhalten; zerstreuen; zurücklassen

Synoniemen voor "vermachen":


Wiktionary: vermachen

vermachen
verb
  1. iets in een testament toebedelen
Cross Translation:
FromToVia
• vermachen → doorgeven ↔ bequeath — to hand down; to transmit

Computer vertaling door derden:






Uw gratis, snelle en simpele vertaal woordenboek

Copyright © 2000-2024 Interglot ®

Pagina gepresenteerd in 0.0531 seconde
Page rendered in 1.0 seconds