Overzicht
Duits naar Nederlands:   Meer gegevens...
  1. Aufmarsch:
  2. Wiktionary:


Duits

Uitgebreide vertaling voor Aufmarsch (Duits) in het Nederlands

Aufmarsch:

Aufmarsch [der ~] zelfstandig naamwoord

  1. der Aufmarsch (Vormarsch; Marsch; Anmarsch)
    de opmars; de voortgang
    • opmars [de ~] zelfstandig naamwoord
    • voortgang [de ~ (m)] zelfstandig naamwoord

Vertaal Matrix voor Aufmarsch:

Zelfstandig NaamwoordVerwante vertalingenAndere vertalingen
opmars Anmarsch; Aufmarsch; Marsch; Vormarsch
voortgang Anmarsch; Aufmarsch; Marsch; Vormarsch Entwicklung; Fortgang; Fortgänge; Fortschritt; Progression; Verlauf

Wiktionary: Aufmarsch


Cross Translation:
FromToVia
Aufmarsch parade; optocht; defilé parade — organized procession