Overzicht
Duits naar Nederlands: Meer gegevens...
Nederlands naar Duits: Meer gegevens...
- hals:
- hal:
- Wiktionary:
Duits
Uitgebreide vertaling voor Hals (Duits) in het Nederlands
Hals:
Vertaal Matrix voor Hals:
Zelfstandig Naamwoord | Verwante vertalingen | Andere vertalingen |
hals | Genick; Gurgel; Hals; Kehle; Nacken; Rachen; Schlund | Passe |
keel | Gurgel; Hals; Kehle; Rachen; Schlund | |
keelgat | Gurgel; Hals; Kehle; Rachen; Schlund | |
nek | Genick; Hals; Nacken | |
strot | Gurgel; Hals; Kehle; Rachen; Schlund |
Synoniemen voor "Hals":
Wiktionary: Hals
Hals
Hals
Cross Translation:
-
Anatomie: Körperteil, Verbindung von Kopf und Rumpf
- Hals → nek
Cross Translation:
From | To | Via |
---|---|---|
• Hals | → nek; hals | ↔ neck — the part of body connecting the head and the trunk found in humans and some animals |
• Hals | → hals | ↔ throat — narrow opening in a vessel |
• Hals | → hals; nek | ↔ cou — anatomie|fr partie du corps qui joindre la tête aux épaules. |
Computer vertaling door derden:
Verwante vertalingen van Hals
Nederlands
Uitgebreide vertaling voor Hals (Nederlands) in het Duits
hals:
Vertaal Matrix voor hals:
Zelfstandig Naamwoord | Verwante vertalingen | Andere vertalingen |
Genick | hals; nek | |
Gurgel | hals; keel; keelgat; strot | |
Hals | hals; keel; keelgat; nek; strot | |
Kehle | hals; keel; keelgat; strot | |
Nacken | hals; nek | |
Passe | hals; hals van een kledingstuk; halsstuk | |
Rachen | hals; keel; keelgat; strot | keelholte |
Schlund | hals; keel; keelgat; strot | slokdarm |
- | nek |
Verwante woorden van "hals":
Synoniemen voor "hals":
Verwante definities voor "hals":
Wiktionary: hals
hals
hals
Cross Translation:
noun
-
Anatomie: hinterer Bereich des Halses, die Halswirbelsäule
Cross Translation:
From | To | Via |
---|---|---|
• hals | → Hals; Nacken; Genick | ↔ neck — the part of body connecting the head and the trunk found in humans and some animals |
• hals | → Kragen | ↔ neck — the part of a shirt, dress etc., which fits a person's neck |
• hals | → Hals; Flaschenhals | ↔ throat — narrow opening in a vessel |
• hals | → Hals | ↔ cou — anatomie|fr partie du corps qui joindre la tête aux épaules. |
Hals vorm van hal:
-
de hal (entreehal)
-
de hal (vestibule; portaal; voorportaal; entree)
-
de hal (overloop; verbindingsgang; portaal)
-
de hal (ontvangstruimte; salon; receptiekamer)
-
de hal (vishal)
die Fischhalle -
de hal (ridderzaal)
der Rittersaal
Vertaal Matrix voor hal:
Verwante woorden van "hal":
Wiktionary: hal
hal
Cross Translation:
noun
-
ruimte achter de voordeur
- hal → Diele; Eingangshalle; Flur; Korridor
-
een entreeruimte in een gebouw of huis, een ontvangstruimte
- hal → Eingangshalle; Empfangshalle; Foyer; Lounge
-
een grote overdekte ruimte gericht op het uitvoeren van activiteiten
- hal → Halle
-
hardheid van de grond tengevolge van de vorst, plek bevroren grond, hardbevroren aardkorst
- hal → Diele; Eingangshalle; Flur; Frostboden
Cross Translation:
From | To | Via |
---|---|---|
• hal | → Durchgang; Gang; Korridor | ↔ corridor — narrow hall or passage |
• hal | → Diele; Korridor; Flur | ↔ hall — corridor or a hallway. |
Computer vertaling door derden: