Overzicht
Duits naar Nederlands:   Meer gegevens...
  1. Abirrung:
  2. Wiktionary:


Duits

Uitgebreide vertaling voor Abirrung (Duits) in het Nederlands

Abirrung:

Abirrung [die ~] zelfstandig naamwoord

  1. die Abirrung (Abschweifen; Abschweifung)
    de dwaling; afdwalen; de afdwaling
    • dwaling [de ~ (v)] zelfstandig naamwoord
    • afdwalen [znw.] zelfstandig naamwoord
    • afdwaling [de ~ (v)] zelfstandig naamwoord

Vertaal Matrix voor Abirrung:

Zelfstandig NaamwoordVerwante vertalingenAndere vertalingen
afdwalen Abirrung; Abschweifen; Abschweifung
afdwaling Abirrung; Abschweifen; Abschweifung
dwaling Abirrung; Abschweifen; Abschweifung Fehler; Irrtum; Versehen
WerkwoordVerwante vertalingenAndere vertalingen
afdwalen ausführlich berichten; vom Weg abkommen

Wiktionary: Abirrung


Computer vertaling door derden: