Duits
Uitgebreide vertaling voor selig (Duits) in het Nederlands
selig:
-
selig (verherrlicht; herrlich; heilig; himmlisch; köstlich; gottselig; wonnig; glorreich)
heilig; verheerlijkt; glorierijk; zalig-
heilig bijvoeglijk naamwoord
-
verheerlijkt bijvoeglijk naamwoord
-
glorierijk bijvoeglijk naamwoord
-
zalig bijvoeglijk naamwoord
-
-
selig (glückselig; fröhlich; gottselig; freudig)
gelukzalig; zielsgelukkig; verrukt; zalig-
gelukzalig bijvoeglijk naamwoord
-
zielsgelukkig bijvoeglijk naamwoord
-
verrukt bijvoeglijk naamwoord
-
zalig bijvoeglijk naamwoord
-
Vertaal Matrix voor selig:
Bijvoeglijk Naamwoord | Verwante vertalingen | Andere vertalingen |
gelukzalig | freudig; fröhlich; glückselig; gottselig; selig | |
glorierijk | glorreich; gottselig; heilig; herrlich; himmlisch; köstlich; selig; verherrlicht; wonnig | blendend; entzückend; glorreich; glänzend; großartig; herrlich; hervorragend; prachtvoll; ruhmreich |
heilig | glorreich; gottselig; heilig; herrlich; himmlisch; köstlich; selig; verherrlicht; wonnig | geweiht; heilig |
verrukt | freudig; fröhlich; glückselig; gottselig; selig | |
zalig | freudig; fröhlich; glorreich; glückselig; gottselig; heilig; herrlich; himmlisch; köstlich; selig; verherrlicht; wonnig | auserlesen; ausgezeichnet; formidabel; göttlich; herrlich; hervorragend; himmlisch; köstlich; vortrefflich; vorzüglich |
zielsgelukkig | freudig; fröhlich; glückselig; gottselig; selig | |
Bijwoord | Verwante vertalingen | Andere vertalingen |
verheerlijkt | glorreich; gottselig; heilig; herrlich; himmlisch; köstlich; selig; verherrlicht; wonnig |
Synoniemen voor "selig":
Wiktionary: selig
selig
adjective
selig