Home ->Woordenboeken ->Duits/Nederlands ->Zoek: gehörlos

Duitse en Nederlandse zoekresultaten voor: gehörlos

Overzicht

Duits naar Nederlands: Meer gegevens...

gehörlos:
- doof
Wiktionary:
- gehörlos → dove, doof

Duits

Uitgebreide vertaling voor gehörlos (Duits) in het Nederlands

gehörlos:

gehörlos bijvoeglijk naamwoord

gehörlos (taub; hörbehindert)
doof
- doof bijvoeglijk naamwoord

Vertaal Matrix voor gehörlos:

Bijvoeglijk Naamwoord	Verwante vertalingen	Andere vertalingen
doof	gehörlos; hörbehindert; taub

Synoniemen voor "gehörlos":

schwerhörig; taub

Wiktionary: gehörlos

Cross Translation:

From	To	Via
• gehörlos	→ dove; doof	↔ deaf — unable to hear