Overzicht
Duits
Uitgebreide vertaling voor Puls (Duits) in het Nederlands
Puls:
-
der Puls
-
der Puls (Herzschlag; Pulsschlag)
Vertaal Matrix voor Puls:
Zelfstandig Naamwoord | Verwante vertalingen | Andere vertalingen |
hartklop | Herzschlag; Puls; Pulsschlag | |
hartslag | Herzschlag; Puls; Pulsschlag | |
pols | Puls | |
polsslag | Herzschlag; Puls; Pulsschlag |
Synoniemen voor "Puls":
Nederlands
Uitgebreide vertaling voor Puls (Nederlands) in het Duits
pul:
-
de pul (kruik)
-
de pul (mok; beker; drinkbeker)
Vertaal Matrix voor pul:
Zelfstandig Naamwoord | Verwante vertalingen | Andere vertalingen |
Becher | beker; drinkbeker; mok; pul | aktetas; beker; bokaal; cup; kopje; kroes; tas |
Flasche | kruik; pul | fiool; flacon; fles; flesje; geitenbreier; lammeling; lamzak; lanterfanter; lapzwans; leegloper; lijntrekker; nietsnut; slampamper; slapkous; sofvent; wijnfles |
Krug | kruik; pul | café; coffeeshop; knijp; kroeg; tapperij; taveerne; uitspanning |
Krüge | kruik; pul | |
Trinkbecher | beker; drinkbeker; mok; pul | aktetas; tas |
Wärmflasche | kruik; pul | kruik; kruikje; waterkruik |