Hilfsmittel: vertaling Duits

Remove Ads

Overzicht

Duits naar Nederlands: Meer gegevens...

Hilfsmittel:
- ressource; hulpmiddel; redmiddel; prothese; ondersteuning; bijstand; maatschappelijke hulpverlening; hulp; steun; steunuitkering
Wiktionary:
- Hilfsmittel → hulpmiddel, adjuvans
- Hilfsmittel → hulpmiddel, apparaat, toestel, uitweg, redmiddel, slimmigheid

Duits

Uitgebreide vertaling voor Hilfsmittel (Duits) in het Nederlands

Hilfsmittel:

Hilfsmittel [das ~] zelfstandig naamwoord

Hilfsmittel
de ressource; het hulpmiddel; het redmiddel
- ressource [de ~] zelfstandig naamwoord
- hulpmiddel [het ~] zelfstandig naamwoord
- redmiddel [het ~] zelfstandig naamwoord
Hilfsmittel (Prothese)
de prothese
- prothese [de ~ (v)] zelfstandig naamwoord
Hilfsmittel (Hilfeleistung; Stütze; Unterstützung; Hilfe; Fürsorge; Beihilfe; Sozialhilfe; Beistand; Wohlfahrtssorge; Arbeitslosengeld; Arbeitslosenhilfe; Familienhilfe; Hilfsaktion)
de ondersteuning; de bijstand; maatschappelijke hulpverlening; de hulp; de steun
- ondersteuning [de ~ (v)] zelfstandig naamwoord
- bijstand [de ~ (m)] zelfstandig naamwoord
- maatschappelijke hulpverlening [znw.] zelfstandig naamwoord
- hulp [de ~] zelfstandig naamwoord
- steun [de ~ (m)] zelfstandig naamwoord
Hilfsmittel (Sozialhilfe; Unterstützung; Förderung; Hilfe; Auszahlung; Fürsorge; Beistand)
steunuitkering
- steunuitkering [znw.] zelfstandig naamwoord

Vertaal Matrix voor Hilfsmittel:

Zelfstandig Naamwoord	Verwante vertalingen	Andere vertalingen
bijstand	Arbeitslosengeld; Arbeitslosenhilfe; Beihilfe; Beistand; Familienhilfe; Fürsorge; Hilfe; Hilfeleistung; Hilfsaktion; Hilfsmittel; Sozialhilfe; Stütze; Unterstützung; Wohlfahrtssorge	Assistenz; Beistand; Dienst; Dienstleistung; Familienfürsorge; Familienhilfe; Fürsorge; Handreichung; Hilfe; Hilfeleistung; Mithilfe; Service; Sozialhilfe; Sozialhilferegelung; Unterstützung
hulp	Arbeitslosengeld; Arbeitslosenhilfe; Beihilfe; Beistand; Familienhilfe; Fürsorge; Hilfe; Hilfeleistung; Hilfsaktion; Hilfsmittel; Sozialhilfe; Stütze; Unterstützung; Wohlfahrtssorge	Assistent; Assistenz; Aushilfe; Beistand; Bruder; Dienst; Dienstleistung; Familienfürsorge; Familienhilfe; Fürsorge; Gebäudereiniger; Gehilfe; Gehilfin; Geselle; Handreichung; Haushaltsaushilfskraft; Haushaltshilfe; Helfer; Hilfe; Hilfeleistung; Krankenpfleger; Mitarbeiter; Mithilfe; Putzfrau; Sekundant; Service; Sozialhilfe; Sozialhilferegelung; Unterstützung
hulpmiddel	Hilfsmittel
maatschappelijke hulpverlening	Arbeitslosengeld; Arbeitslosenhilfe; Beihilfe; Beistand; Familienhilfe; Fürsorge; Hilfe; Hilfeleistung; Hilfsaktion; Hilfsmittel; Sozialhilfe; Stütze; Unterstützung; Wohlfahrtssorge
ondersteuning	Arbeitslosengeld; Arbeitslosenhilfe; Beihilfe; Beistand; Familienhilfe; Fürsorge; Hilfe; Hilfeleistung; Hilfsaktion; Hilfsmittel; Sozialhilfe; Stütze; Unterstützung; Wohlfahrtssorge	Assistenz; Beistand; Halt; Hilfe; Stütze; Support; Unterstützung
prothese	Hilfsmittel; Prothese
redmiddel	Hilfsmittel
ressource	Hilfsmittel
steun	Arbeitslosengeld; Arbeitslosenhilfe; Beihilfe; Beistand; Familienhilfe; Fürsorge; Hilfe; Hilfeleistung; Hilfsaktion; Hilfsmittel; Sozialhilfe; Stütze; Unterstützung; Wohlfahrtssorge	Anfeuern; Anhaltspunkt; Anregen; Anspornen; Anspornung; Antreiben; Assistenz; Beistand; Entlastung; Halt; Hilfe; Stütze; Unterstützung; Zuversicht
steunuitkering	Auszahlung; Beistand; Förderung; Fürsorge; Hilfe; Hilfsmittel; Sozialhilfe; Unterstützung

Synoniemen voor "Hilfsmittel":

Arbeitsgerät; Betriebsmittel; Instrument
Beihilfe; Vorschub
Apparat; Apparatur; Hilfsgerät; Hilfsvorrichtung; Gerät; Gerätschaft; Vorrichtung
Arbeitsmittel; Produktionsmittel; Ressource; Rohstoff

Wiktionary: Hilfsmittel

Hilfsmittel

noun

Etwas, das hinzuziehen / verwenden wird, um eine Sache leichter / schneller / gut erledigen zu können
- Hilfsmittel → hulpmiddel

Hilfsmittel

noun

toevoegsel
- adjuvans → Hilfsmittel

Cross Translation:

From	To	Via
• Hilfsmittel	→ hulpmiddel	↔ aid — something which helps; a material source of help
• Hilfsmittel	→ apparaat; toestel	↔ device — piece of equipment
• Hilfsmittel	→ uitweg; redmiddel; slimmigheid	↔ expedient — a means for achieving an end

Remove Ads

Duitse en Nederlandse zoekresultaten voor: Hilfsmittel

Uitgebreide vertaling voor Hilfsmittel (Duits) in het Nederlands

Hilfsmittel:

Hilfsmittel [das ~] zelfstandig naamwoord

Hilfsmittel

Hilfsmittel (Prothese)

Hilfsmittel (Hilfeleistung; Stütze; Unterstützung; Hilfe; Fürsorge; Beihilfe; Sozialhilfe; Beistand; Wohlfahrtssorge; Arbeitslosengeld; Arbeitslosenhilfe; Familienhilfe; Hilfsaktion)

Hilfsmittel (Sozialhilfe; Unterstützung; Förderung; Hilfe; Auszahlung; Fürsorge; Beistand)

Vertaal Matrix voor Hilfsmittel:

Synoniemen voor "Hilfsmittel":

Wiktionary: Hilfsmittel