Overzicht
Duits naar Nederlands:   Meer gegevens...
  1. zwinkern:
  2. Wiktionary:


Duits

Uitgebreide vertaling voor zwinkern (Duits) in het Nederlands

zwinkern:

zwinkern werkwoord (zwinkere, zwinkerst, zwinkert, zwinkerte, zwinkertet, gezwinkert)

  1. zwinkern (blinken; flackern; funken)
    knipperen; met oogleden op en neer gaan
  2. zwinkern (blinzeln; augenblinzeln)
    knipogen
    • knipogen werkwoord (knipoog, knipoogt, knipoogde, knipoogden, geknipoogd)

Conjugations for zwinkern:

Präsens
  1. zwinkere
  2. zwinkerst
  3. zwinkert
  4. zwinkeren
  5. zwinkert
  6. zwinkeren
Imperfekt
  1. zwinkerte
  2. zwinkertest
  3. zwinkerte
  4. zwinkerten
  5. zwinkertet
  6. zwinkerten
Perfekt
  1. habe gezwinkert
  2. hast gezwinkert
  3. hat gezwinkert
  4. haben gezwinkert
  5. habt gezwinkert
  6. haben gezwinkert
1. Konjunktiv [1]
  1. zwinkere
  2. zwinkerest
  3. zwinkere
  4. zwinkeren
  5. zwinkeret
  6. zwinkeren
2. Konjunktiv
  1. zwinkerte
  2. zwinkertest
  3. zwinkerte
  4. zwinkerten
  5. zwinkertet
  6. zwinkerten
Futur 1
  1. werde zwinkern
  2. wirst zwinkern
  3. wird zwinkern
  4. werden zwinkern
  5. werdet zwinkern
  6. werden zwinkern
1. Konjunktiv [2]
  1. würde zwinkern
  2. würdest zwinkern
  3. würde zwinkern
  4. würden zwinkern
  5. würdet zwinkern
  6. würden zwinkern
Diverses
  1. zwinker!
  2. zwinkert!
  3. zwinkeren Sie!
  4. gezwinkert
  5. zwinkernd
1. ich, 2. du, 3. er/sie/es, 4. wir, 5. ihr, 6. sie/Sie

Vertaal Matrix voor zwinkern:

Zelfstandig NaamwoordVerwante vertalingenAndere vertalingen
knipogen Augenzwinkern
WerkwoordVerwante vertalingenAndere vertalingen
knipogen augenblinzeln; blinzeln; zwinkern
knipperen blinken; flackern; funken; zwinkern
met oogleden op en neer gaan blinken; flackern; funken; zwinkern

Synoniemen voor "zwinkern":


Wiktionary: zwinkern


Cross Translation:
FromToVia
zwinkern knipperen blink — to close and reopen both eyes quickly
zwinkern knipogen wink — To blink with only one eye as a message, signal, or suggestion