Duits
Uitgebreide vertaling voor Haupt (Duits) in het Nederlands
Haupt:
-
Haupt (Chef; Fürst; Herr; Vorgesetzte; Herrscher; Oberhaupt; Gebieter; Vorsteher)
-
Haupt (Leiterin; Chefin)
-
Haupt (Vorarbeiter; Obergehilfe; Anführer; Vordermann; Gruppenleiter; Häupter; Vormann; Obergeselle)
de voorwerker -
Haupt (Kamm; Krone; Wipfel; Spitze)
Vertaal Matrix voor Haupt:
Synoniemen voor "Haupt":
Wiktionary: Haupt
Haupt
Cross Translation:
Cross Translation:
From | To | Via |
---|---|---|
• Haupt | → kop; hoofd | ↔ head — part of the body |
• Haupt | → hoofd; bazin; baas; leider; leidster; cheffin; chef | ↔ head — leader or chief |
• Haupt | → hoofd; aanvoerder; baas; chef; opperhoofd | ↔ chef — Celui ou celle qui être à la tête d’un corps, d’une assemblée, etc., qui y a le premier rang et la principale autorité. |
Haupt...:
Synoniemen voor "Haupt...":
Computer vertaling door derden: