Overzicht
Duits naar Frans:   Meer gegevens...
  1. befugt:
  2. Wiktionary:


Duits

Uitgebreide vertaling voor befugt (Duits) in het Frans

befugt:

befugt bijvoeglijk naamwoord

  1. befugt (berechtigt)
    compétent; autorisé; habilité; qualifié; légitime; licite
  2. befugt (gesetzlich; rechtmäßig; legitim)
    légitime; autorisé; qualifié; licite
  3. befugt (autorisiert; berechtigt)
    légitime; autorisé; licite

Vertaal Matrix voor befugt:

BijwoordVerwante vertalingenAndere vertalingen
autorisé autorisiert; befugt; berechtigt; gesetzlich; legitim; rechtmäßig angenommen; auf stichhaltiger Basis beruhend; aufgenommen; erlaubt; gebilligd; geltend; genehmigd; gesetzlich; gestattet; gültig; maßgebend; rechtsgültig; rechtsgültig sein; rechtskräftig; stichhaltig
compétent befugt; berechtigt befähig; bewandert; erfahren; fachgerecht; fachkundig; fachmännisch; fähig; geschult; geübt; kapabel; kompetent; kundig; qualifiziert; routiniert; sachkundig; sachverständig; tauglich; tüchtig
habilité befugt; berechtigt
licite autorisiert; befugt; berechtigt; gesetzlich; legitim; rechtmäßig geltend; gesetzlich; gültig; legal; rechtsgültig; rechtsgültig sein; rechtskräftig
légitime autorisiert; befugt; berechtigt; gesetzlich; legitim; rechtmäßig anständig; auf stichhaltiger Basis beruhend; aufrichtig; begründet; berechtigt; ehrenwert; ehrlich; fair; geltend; gerecht; gesetzlich; gesetzmäßig; gültig; korrekt; legal; legitim; plausibel; recht; rechtmäßig; rechtschaffen; rechtsgültig; rechtsgültig sein; rechtskräftig; redlich; stichhaltig
qualifié befugt; berechtigt; gesetzlich; legitim; rechtmäßig befähig; bewandert; erfahren; fachgerecht; fachkundig; fachmännisch; fähig; gebildet; gelehrt; geschult; gewandt; geübt; kapabel; kompetent; qualifiziert; routiniert; sachkundig; sachverständig

Synoniemen voor "befugt":


Wiktionary: befugt

befugt
adjective
  1. die Befugnis, das Recht, die Bevollmächtigung zu etwas besitzend

Verwante vertalingen van befugt