Overzicht
Duits naar Frans:   Meer gegevens...
  1. Heizung:
  2. Wiktionary:


Duits

Uitgebreide vertaling voor Heizung (Duits) in het Frans

Heizung:

Heizung [die ~] zelfstandig naamwoord

  1. die Heizung (Erwärmung; Feuerung)
    le poêle; le radiateur; le chauffage; le petit poêle
  2. die Heizung
    l'échauffement; le chauffage
  3. die Heizung (Heizungsinstallation)
    le chauffage
  4. die Heizung (Herd; Ofen; Erwärmung; Feuerung)
    le petit radiateur; le petit poêle; le petit chauffage

Vertaal Matrix voor Heizung:

Zelfstandig NaamwoordVerwante vertalingenAndere vertalingen
chauffage Erwärmung; Feuerung; Heizung; Heizungsinstallation Zentralheizung
petit chauffage Erwärmung; Feuerung; Heizung; Herd; Ofen
petit poêle Erwärmung; Feuerung; Heizung; Herd; Ofen
petit radiateur Erwärmung; Feuerung; Heizung; Herd; Ofen
poêle Erwärmung; Feuerung; Heizung Backpfanne; Bratpfanne; Kochtopf; Pfanne; Topf
radiateur Erwärmung; Feuerung; Heizung Kühler; Strahler; Strahlofen
échauffement Heizung Anlaufen; Selbstverwärmung

Synoniemen voor "Heizung":


Wiktionary: Heizung

Heizung
noun
  1. Eine haustechnische Anlage zur Erwärmung von Innenräumen.
Heizung
noun
  1. action de chauffer

Cross Translation:
FromToVia
Heizung chauffage heating — a system that raises the temperature of a room or building
Heizung chauffage verwarming — een installatie die voor het verwarmen zorgt
Heizung poêle kachel — een apparaat waarin energie wordt omgezet in warmte met de bedoeling een ruimte te verwarmen