Zu Ende gehen in het Frans vertaald uit het Duits

Overzicht

Duits naar Frans: Meer gegevens...

zu Ende gehen:
- se consommer; s'épuiser; venir à bout de; terminer; tirer à sa fin; s'achever; venir à expiration

Duits

Uitgebreide vertaling voor zu Ende gehen (Duits) in het Frans

zu Ende gehen
se consommer; s'épuiser
- se consommer werkwoord
- s'épuiser werkwoord
zu Ende gehen (enden)
venir à bout de; terminer; tirer à sa fin; s'achever; s'épuiser; venir à expiration
- venir à bout de werkwoord
- terminer werkwoord (termine, termines, terminons, terminez, terminent, terminais, terminait, terminions, terminiez, terminaient, terminai, terminas, termina, terminâmes, terminâtes, terminèrent, terminerai, termineras, terminera, terminerons, terminerez, termineront)
- tirer à sa fin werkwoord
- s'achever werkwoord
- s'épuiser werkwoord
- venir à expiration werkwoord

Werkwoord	Verwante vertalingen	Andere vertalingen
s'achever	enden; zu Ende gehen	abbrechen; ablaufen; abmachen; aufhören; beenden; beschließen; enden; erledigen; fertig bringen; fertigbringen; fertigkriegen; fertigmachen; fertigstellen; halten; schließen; vergehen; verstreichen; vollenden; vorbei gehen
s'épuiser	enden; zu Ende gehen	sich erschöpfen; sichselbst abmatten; sichselbst ermüden
se consommer	zu Ende gehen	aufbrauchen; aufzehren; ausgeben; aushalten; ausharren; bestehen; dulden; durchhalten; durchmachen; erdulden; erfahren; erleben; erleiden; ertragen; fühlen; leiden; sinken; standhalten; stehlen; tragen; untergehen; verbrauchen; verdauen; vertragen; verzehren; zehren; überdauern; überstehen
terminer	enden; zu Ende gehen	abbrechen; ablaufen; abmachen; abschließen; anhalten; aufhören; ausbekommen; auskriegen; ausspielen; austragen; austrinken; beenden; beschließen; bestimmen; enden; entscheiden; erledigen; fertig bringen; fertigbringen; fertigkriegen; fertigmachen; fertigstellen; festlegen; festsetzen; halten; in Ordnung bringen; klären; leer trinken; leeren; schließen; vereinbaren; vergehen; verstreichen; vollenden; vorbei gehen; zu Ende spielen
tirer à sa fin	enden; zu Ende gehen	ablaufen; enden; zu Ende laufen
venir à bout de	enden; zu Ende gehen	bewältigen; schaffen; zustande bringen
venir à expiration	enden; zu Ende gehen

ausgehen
abnippeln; das Zeitliche segnen; davongehen; den Löffel abgeben; entschlafen; ins Gras beißen; sterben; umkommen; verenden; verscheiden; versterben; von uns gehen

Computer vertaling door derden: